Assaidi dankt medische staf: 'Want als ik het zelf invul, dan gaat het fout'
Voor FC Twente-aanvaller Oussama Assaidi was het thuisduel met Jong FC Utrecht (1-0 zege) een bijzonder mooi moment. Hij maakte vrijdag zijn rentree na zeer langdurig blessureleed, maar wil eigenlijk al meteen nóg meer. De smaakmaker beseft echter dat hij geduldig moet zijn, hoe moeilijk dat ook is.
Assaidi ontbrak bijna negen maanden met een knieblessure. Tot vrijdagavond speelde hij zijn laatste wedstrijd op 29 april. Dat was het laatste duel van vorig seizoen, toen de Tukkers al gedegradeerd waren uit de Eredivisie, maar als afscheidscadeau door Vitesse nog even op een 5-0 nederlaag werden getrakteerd. Sindsdien moest de aanvaller toekijken en revalideren, hij ontbrak de gehele eerste seizoenshelft.
Ook de eerste wedstrijd na de hervatting van de Keuken Kampioen Divisie liet hij vorig weekend nog schieten, maar vrijdag mocht hij een kwartier invallen. 'Kippenvel? Ja, zeker als het hele stadion je naam scandeert', gaf hij na afloop toe bij FOX Sports. 'Fantastisch, maar dat ben ik wel gewend van dit publiek. Zij zijn uitstekend, ze steunen ons altijd. In goede en in slechte tijden.'
Voor Assaidi waren het eindelijk weer goede tijden, na veel tegenslag. 'Ik wilde het liefst langer dan vijftien minuten spelen, maar het is wel verstandig om hiermee te beginnen. Dit is de eerste stap, ik ben er nog lang niet. Balgevoel en techniek verleer je nooit, maar ik koos nu af en toe voor een passje in plaats van een sprintje. Omdat ik nog niet helemaal wedstrijdfit ben.'
Al met al voelt zijn knie goed aan, Assaidi is niet bang voor een reactie van het gewricht. 'Hij kan wat dikker worden, dan zit er wat meer vocht in, maar qua pijn valt het reuze mee. Ik denk dat hij rustig blijft, ik zal vanavond eens met hem praten', grapte hij. Hoe zijn pad er nu verder uit ziet? 'De medische staf maakt voor mij een programma, want als ik het zelf moet invullen, dat gaat het fout. Ik wil het liefst elke dag het veld op en iedere wedstrijd starten. Maar dat gaat helaas niet.'
Om mee te kunnen praten, moet je ingelogd zijn met je VI-account.
Login