Benschop: 'Als spits van Brest per duel maar één kans'
Charlison Benschop maakte sinds zijn transfer van AZ naar Stade Brest al heel wat mooie wedstrijden mee. Op bezoek bij Olympique Lyon en Lille, dat in het hypermoderne Grand Stade Lille Métropole (capaciteit ruim 45.000) speelt. En de aanvaller scoorde tijdens de met 1-2 verloren thuiswedstrijd tegen Olympique Marseille. Vrijdagavond in het thuisduel met Paris Saint-Germain (aanvang 20.45 uur) hoopt Benschop, tot dusverre goed voor drie competitiegoals en één assist, opnieuw te pieken.
'Scoren tegen Marseille was leuk, maar de meest bijzondere goal maakte ik uit tegen Stade Rennes', vertelt hij aan Voetbal International. 'Vlak voor tijd maakte ik de 2-2: met het hoofd rondde ik een voorzet af, terwijl ik tussen twee tegenstanders in stond. De actie liep precies zoals ik had gepland. Bovendien is Stade Rennes voor Stade Brest altijd een leuke derby. Datzelfde geldt voor Lorient.'
Afgelopen zomer verruilde Benschop AZ – na twee seizoenen waarin hij relatief weinig voetbalde – voor Stade Brest. De club uit de gelijknamige havenstad pendelde tot de zomer van 2010 negentien jaar tussen het tweede en derde Franse niveau. 'Deze club kun je beschouwen als het RKC van Frankrijk', stelt de aanvaller. 'Het is wat anders dan AZ, dat in Nederland een topclub is. Maar bewust deed ik vorige zomer een stapje terug om er straks twee vooruit te kunnen zetten. Het was voor mij belangrijk dat ik regelmatig aan spelen toekom.'
VoetbalstadDat Stade Brest niet om de bovenste plaatsen speelt, is voor Benschop als aanvaller duidelijk merkbaar. 'Bij AZ was ik gewend dat iedereen zich uitsluitend met de eigen ploeg bezighield. In Frankrijk houden ze juist veel rekening met de tegenstander. De speelwijze is een stuk verdedigender, het zou wel iets aanvallender mogen. Als spits krijg je per wedstrijd misschien één of twee kansen; die móét je dan ook maken. Al is Brest wel een voetbalstad; zo is het stadion recent uitgebreid en willen ze de komende jaren als team groeien.'
Een vaste plaats heeft Benschop nog niet weten te veroveren. Wel proeft hij volgens eigen zeggen meer vertrouwen dan in Alkmaar. 'Het eerste half jaar stond vooral in het teken van wennen, aan de taal, de cultuur, het voetbal. Ik moet een beetje geduld hebben, zo is me verteld. Inmiddels zit ik steeds dichter tegen een basisplaats aan. Na de jaarwisseling moet ik dáár staan.' (Vincent Okker)
Alle gebruikte foto's op VI.nl zijn afkomstig van VI Images.