Brescia vertrouwt op een halve alien, Malle Mario en de wraak van Donnarumma
Op vrijwel alle lijstjes staat Brescia genoteerd als één van de drie degradanten uit de Serie A. De herstart op het hoogste niveau is echter veelbelovend voor de promovendus, al wacht zondagmiddag in en tegen Napoli een loodzware test. De club uit Lombardije vertrouwt in de jacht op handhaving op drie blikvangers, met ieder hun eigen motivatie. 'Ik wil claimen wat mij is afgepakt.'
La Gazzetta dello Sport publiceerde een paar weken geleden traditiegetrouw de salarissen van alle Serie A-clubs. Zo leerden de lezers dat Matthijs de Ligt na Cristiano Ronaldo het meest verdient bij Juventus, dat Stefan de Vrij zo'n 3,5 miljoen euro opstrijkt bij Internazionale, dat het uitstekend presterende Atalanta Bergamo de salariskosten relatief laag houdt en dat Brescia op jaarbasis 28 miljoen euro kwijt is aan alle salarissen.
Slechts 28 miljoen, dus. Ter vergelijking: dat is ruim tien keer minder dan Juventus (294 miljoen), de grootmacht waarvan midweeks nipt werd verloren. AC Milan (waartegen Brescia eveneens met het kleinst mogelijke verschil onderuitging) moet ieder jaar 115 miljoen overmaken aan zijn spelers, terwijl Napoli (komende zondag dus de tegenstander) op 103 miljoen euro staat. Het salarishuis van Brescia staat daarmee in schril contrast. Alleen mede-promovendus Hellas Verona betaalt minder, mede omdat La Leonessa begin deze maand Mario Balotelli (jaarsalaris van 1,5 miljoen) binnenhaalde.
Huilen
Met Malle Mario is direct de grote blikvanger genoemd, niet in de laatste plaats door het hartverwarmende verhaal van de terugkeer naar 'zijn' club. Balotelli werd in 1990 geboren in Palermo, niet lang nadat zijn biologische ouders daar vanuit Ghana waren neergestreken. Toen hij drie jaar was, besloten Thomas en Rosa Barwuah hun zoontje onder te brengen bij een pleeggezin, omdat zij zelf niet goed genoeg voor hem konden zorgen. De kleine Mario kwam terecht bij Francesco en Silvia Balotelli, een gepensioneerd stel dat al eerder pleegkinderen in huis had gehad. Zij adopteerden Mario, die opgroeide onder de rook van Brescia.
Hij was er ballenjongen, keek zijn ogen uit in het prachtige stadion, maar speelde er nooit. Via Internazionale, Manchester City, AC Milan, Liverpool, weer AC Milan, OGC Nice en Olympique Marseille kwam het er deze zomer alsnog van. 'Mijn moeder bleef maar huilen toen ik haar vertelde dat er een kans was dat ik bij Brescia zou tekenen', sprak hij bij zijn komst. 'Ik vroeg haar om haar mening, maar ze kon alleen maar huilen. Ze is ongelooflijk gelukkig. Mijn vader komt uit Brescia en was fan van de club. Het was zijn droom mij te zien spelen in het shirt van Brescia, dus ik denk dat hij ook trots is.'
Als vanzelfsprekend gaat alle aandacht momenteel uit naar Balotelli, zo ook in aanloop naar Juventus-thuis. Trainer Maurizio Sarri toonde zich op zijn hoede voor Brescia, want: 'Het debuut van Balotelli kan ze een nog grotere boost geven. Het wordt absoluut een gevaarlijke wedstrijd voor ons.' Maar, zo stelde Sarri ook toen: 'Ze hebben veel indruk gemaakt op mij, ze zijn georganiseerd, spelen goed voetbal en zijn gevaarlijk. Ze spelen met veel enthousiasme. Het wordt absoluut een gevaarlijke wedstrijd voor ons.'
Want Brescia is veel meer dan alleen Mario & Friends. De club degradeerde in 2011 uit de Serie A, dobberde in de jaren daarna wat rond in de subtop, middenmoot én onderste regionen van het tweede niveau, en was in 2015 bijna failliet. Ze degradeerden zelfs, maar dat werd teruggedraaid omdat Parma failliet ging. In 2017 nam de veelbesproken Massimo Cellino de club over, een zakenman die in zijn tijd bij Leeds United als bijnaam The Manager Eater kreeg, omdat hij de ene na de andere trainer de laan uit stuurde. Na een zestiende plek in 2017/18 (een seizoen waarin inderdaad vier trainers werden versleten) werd Brescia vorig seizoen kampioen van de Serie B.
Dat deed de club dus zonder de invloed van Balotelli, wat aantoont dat er meer sterkhouders zijn. Neem alleen al spits Alfredo Donnarumma, in de afgelopen twee seizoenen goed voor 48 competitiegoals op het tweede niveau. De Serie B-topscorer van vorig seizoen is met vier goals in vijf duels ook uitstekend begonnen aan zijn vuurdoop in de Serie A. Voor de 28-jarige Donnarumma staat dit seizoen in het teken van revanche. In 2017/18 schoot hij Empoli met 23 treffers naar de Serie A, maar de stap naar het hoogste niveau mocht hij niet meemaken. Bij Brescia herhaalde hij zijn doelpuntenkunstje. 'En nu wil ik in de Serie A claimen wat me vorig jaar is afgepakt', zo stelde hij na de promotie.
De absolute ster is echter meteen de jongste speler in de verder relatief oude selectie. Verdedigende middenvelder Sandro Tonali is pas 19 jaar en is al lang en breed omgedoopt tot 'de nieuwe Andrea Pirlo', die óók bij Brescia begon. Maar, zoals de kleurrijke Cellino het omschreef: 'Sandro is met niemand te vergelijken. Hij is ijskoud als een moordenaar en speelt rustig als een veteraan. Ik heb veel goede spelers gezien, maar hij is net een halve alien.' Tonali werd al in verband gebracht met Internazionale, Juventus, AC Milan, AS Roma, Fiorentina, Paris Saint-Germain en Manchester United, maar speelt dus nog steeds bij Brescia.
Geen jacht op titels, maar gaan voor handhaving: dat is dit seizoen in ieder geval tot de winterstop het doel voor Tonali. Zijn werkgever is met zes uit vijf (zeges op Cagliari en Udinese, nipte nederlagen tegen AC Milan, Bologna en Juventus) niet gek begonnen. Punten bij Napoli zouden bonuspunten zijn, veel belangrijker zijn de daaropvolgende thuisduels met Sassuolo en Fiorentina, zoals ook de wedstrijden tegen huidige concurrenten als Hellas Verona, Lecce, SPAL, Udinese en Parma al omcirkeld zijn in de Brescia-agenda. De hoop is gevestigd op Balotelli, Donnarumma en Tonali.
Om mee te kunnen praten, moet je ingelogd zijn met je VI-account.
Login