Champions League telt zestien 'buitenlandse' landgenoten
Dinsdagavond gaat de 22ste editie van de Champions League van start. Net als in de voorgaande seizoenen van het miljoenentoernooi zal ook tijdens deze jaargang de Nederlandse inbreng niet ontbreken.
Los van de vaderlandse spelers van Eredivisie-vertegenwoordiger Ajax kunnen vijftien landgenoten dit seizoen hun opwachting maken in de strijd om de Cup met de Grote Oren: Alexander Büttner en Robin van Persie (namens Manchester United), Wesley Sneijder (Galatasaray), Gregory van der Wiel (Paris SG), Bram Nuytinck en Demy de Zeeuw (Anderlecht), Ola John (Benfica) en Arjen Robben (Bayern München) kunnen dinsdag in actie komen.
Marco van Ginkel (Chelsea), Klaas-Jan Huntelaar (Schalke 04), Nigel de Jong en Urby Emanuelson (AC Milan), Virgil van Dijk en Derk Boerrigter (Celtic) en de revaliderende Ibrahim Afellay (Barcelona) maken het aantal Nederlandse profs compleet. Verder zorgt Anderlecht-trainer John van den Brom nog voor een extra oranje tintje.
Robin van Persie bezet met 21 treffers in 53 duels een prominente plek op de eeuwige topscorerslijst van Nederlandse spelers in de Champions League. Sinds de start van het toernooi in 1992/93 maakten alleen Ruud van Nistelrooy, Roy Makaay en Patrick Kluivert méér doelpunten in het hoofdtoernooi.
In de topvijf van de eeuwige ranglijst van meest ervaren Nederlanders in de Champions League hoeven we dit seizoen geen grote wijzigingen te verwachten. Clarence Seedorf voert dat klassement aan met 125 duels, gevolgd door Edwin van der Sar (98), Frank de Boer (81), Phillip Cocu (79) en Mark van Bommel (76).
Arjen Robben (69 CL-duels) zou zich in de loop van dit seizoen wel bij dat quintet kunnen voegen als hij zich met bekerhouder Bayern München minimaal plaatst voor de achtste finale.