Christian Eriksen, de spin in het Ajax-web in topduels

De spelmaker met de zuivere techniek is inmiddels in verband gebracht met een transfer naar Barcelona, Real Madrid, Manchester United, Bayern München, Borussia Dortmund, Manchester City, Chelsea, Liverpool, AC Milan en Internazionale. Kortom, met elke topclub in Europa.

Grinnikend hoort Eriksen het aan, als een nieuw gerucht voor zijn voeten wordt geworpen. En altijd gaat hij praten, zonder daadwerkelijk iets te zeggen over zijn plannen. 'Op dit moment speelt er niets en dat wil ik ook niet. Ajax verdient mijn volle aandacht en die gaan ze krijgen', zei hij onlangs nog.

In de topper bij PSV van afgelopen zondag maakte Eriksen die woorden opnieuw waar. Voor aanvang van dit seizoen stelde hij zichzelf ten doel belangrijker te worden voor Ajax, beslissender vooral. In Eindhoven was hij dat allereerst bij de openingstreffer. Na een half uur snelde Eriksen over de rechterflank langs Jetro Willems en trok hij de bal terug op Viktor Fischer, waarna Kolbeinn Sigthórsson via Mark van Bommel de bal kreeg en koelbloedig afrondde.

Kort na rust maakte Eriksen zelf het tweede Amsterdamse doelpunt, na een lange sprint over links en een geplaatst schot in de korte hoek. Daarmee maakte de middenvelder een kolossale fout ruimschoots goed. Vlak voor rust was hij te nonchalant geweest in een duel met Kevin Strootman, die uit de daaropvolgende tegenstoot Jeremain Lens liet scoren (1-1). Het was geen verrassing dat Eriksen zichzelf snel over zijn blunder heen zette. 'Ik zal altijd risico in mijn spel leggen,' zei hij daarover in VI. 'Dat past perfect bij mijn spel en bij mijn karakter.'

De onverstoorbaarheid van Eriksen, gekoppeld aan zijn voetbalkwaliteiten, draagt dit seizoen stevig bij aan het combinatievoetbal van Ajax.

Ook bij een achterstand blijft hij tussen de vijandelijke linies sluipen, vragend om de bal, op zoek naar ruimtes om gevaar te stichten. Daardoor is opportunistisch voetbal een zeldzaamheid bij de Amsterdammers. Ze blijven combineren, veelal via hun Deense spin in het web, ongeacht de tegenstander of de tussenstand.

Dit seizoen voegt Eriksen een ander opvallend aspect toe aan zijn spel: vooral in topwedstrijden is hij betrokken bij veel goals. De oogst tot nu toe: negen doelpunten en elf assists, waarvan een aanzienlijk deel tot stand kwam tijdens krachtmetingen met directe concurrenten. Tijdens Ajax-PSV (3-1), vier maanden geleden, gaf hij de beslissende pass voor het openingsdoelpunt van Siem de Jong.

Vorige maand stond de Deen tijdens het uitduel met FC Twente (0-2) aan de basis van beide Ajax-treffers, van Niklas Moisander en Toby Alderweireld. Eerder in het seizoen maakte Eriksen het enige doelpunt in de thuiswedstrijd tegen de ploeg uit Enschede. Hij scoorde in beide Klassiekers tegen Feyenoord en in het Philips Stadion bleef het zondag niet bij een halve assist en een goal.

Ruim tien minuten voor tijd, bij de stand 2-2, lanceerde Eriksen invaller Derk Boerrigter met een splijtende dieptebal. Enkele seconden later besliste Boerrigter, mede dankzij een enorme communicatiefout tussen Erik Pieters en keeper Boy Waterman, de competitiekraker. En daarmee ook de titelrace, naar alle waarschijnlijkheid.

Vorige maand gaf Eriksen toe dat hij vooral in topwedstrijden het beste uit zichzelf naar boven haalt. 'Daar hoort geen verschil in te zitten, maar ik kan het niet ontkennen. Het lijkt soms of mijn eigen niveau wordt opgetild door het niveau van de tegenstanders. In de Champions League bijvoorbeeld gaat de bal sneller rond, iedereen denkt en reageert sneller, daar past mijn type spel goed bij.'

De goede verstaander wist genoeg. Eriksen acht de tijd rijp voor een stap hogerop. Hij gaat een hete zomer tegemoet.

Tekst: Simon Zwartkruis Foto's: VI Images