Column Engels voetbal: lachen om Fernando Torres
data-height="102" data-width="397" data-align="clear" data-caption="" src="http://www.vi.nl/upload/aa279b99-2a64-411e-880e-b3a50b4144bf_image6821155988024503855.jpg" /> Omdat er in de ogen van de Engelse boulevardkranten geen beter vermaak is dan leedvermaak, is er al maanden een heftige strijd gaande tussen journalisten van kranten als The Sun en The Daily Mail. Het thema: Fernando Torresje pesten. De kunst is de Spaanse spits van Chelsea op een zo origineel mogelijke manier belachelijk te maken. En ik moet zeggen: dat lukt aardig. Het is triest, maar waar: dankzij Fernando Torres en de boulevardpers heeft het begrip volksvermaak een hele nieuwe dimensie gekregen.
Het begon natuurlijk allemaal met de transfer van Torres naar Chelsea, op 31 januari 2011. Chelsea-eigenaar Roman Abramovich betaalde in de laatste uren voor het sluiten van de transfermarkt liefst vijftig miljoen pond voor de – toen nog – populaire en veel scorende spits van Liverpool. Vervolgens begon het grote wachten op zijn eerste doelpunt.
Torres debuteerde op 6 februari 2011 tegen zijn oude club Liverpool, een wedstrijd die Chelsea met 0-1 verloor. Met het juk van de transfersom op zijn schouders lukte het de Spaanse international ook de daaropvolgende wedstrijden niet tot scoren te komen. Hij miste de ene fraaie kans na de andere, en de boulevardkranten zagen er brood in.
De Engelse voetbalvolgers, van wie er veel een hekel hebben aan het rijke Chelsea, sloegen zich op hun dijen van het lachen na weer een badinerende kop in een van de dagbladen. Maar op 23 april, tegen West Ham United, na vijftien uur en drie minuten competitievoetbal, was het zover: Torres schoot raak, tot teleurstelling van de boulevardpers. Einde recordreeks.
Toch lukte het de spits maar niet om zijn criticasters te overtuigen. Hij draaide in 2011/12 een matig seizoen, met af en toe een goaltje. En áls hij scoorde, was het nog niet goed. Dat Chelsea via de uitschakeling van Barcelona de eindstrijd van de Champions League had bereikt, was op 24 april van dit jaar toch het grootste nieuws van de dag. The Sun dacht daar anders over, gezien de kop op de voorpagina: 'Terry van het veld gestuurd, Messi mist strafschop, Chelsea bereikt de Champions League-finale…, maar het meest ongelooflijke van alles: TORRES SCOORT!' Dit seizoen leek het er even op dat de Spanjaard onder de nieuwe Chelsea-manager Roberto Di Matteo was opgefleurd. Begin dit seizoen scoorde hij in korte tijd zelfs viermaal in de competitie. De laatste keer was op 6 oktober, thuis tegen Norwich City. Daarna maakte Torres alleen in de Champions League nog een doelpunt, maar dat memoreren de kranten bij voorkeur niet. Het telraam is er weer bij gepakt en iedere competitiewedstrijd dat Torres niet scoort, komt hij weer negentig minuten dichter bij zijn vorige record.
Op dit moment zijn er al tien uur en 49 minuten verstreken sinds zijn laatste competitietreffer, zo valt vrijwel dagelijks te lezen. The Daily Mail haalde afgelopen week weer eens een ouderwetse methode uit de kast om een falende spits aan de schandpaal te nagelen. Wat had je allemaal kunnen doen in de tijd dat Fernando Torres nu al niet heeft gescoord, vroeg de krant aan de lezers, om vervolgens zelf het antwoord te geven. 'Vijf toneelstukken van Shakespeare bijwonen, de uitgebreide Lord of the Rings-trilogie bekijken, naar Singapore vliegen of naar het zuiden van Frankrijk rijden, drie marathons lopen of ongeveer duizend kopjes thee zetten.'
Nu Rafael Benítez trainer is geworden van Chelsea, is de aandacht voor Torres alleen maar toegenomen. Onder leiding van Benítez beleefde Torres immers zijn beste periode bij Liverpool. De Spaanse coach moet zijn landgenoot weer aan het scoren krijgen, maar de eerste twee duels onder de nieuwe coach eindigden in 0-0. Vanmiddag wacht voor Chelsea het uitduel met West Ham United. Als hij de hele wedstrijd speelt zonder een doelpunt te maken, dan heeft de Man van Vijftig Miljoen al twaalf uur en negentien minuten niet gescoord in de competitie; dan weet u dat vast. De krantenkoppen staan al in de steigers.