Conclusie rapport: directie Heerenveen moet opstappen
De huidige directie van SC Heerenveen moet opstappen. Lense Koopmans en Jos Vaessen hebben vrijdag het onderzoek naar de onrust binnen de Friese club gepresenteerd en daarbij uitgehaald naar de directie, waarvoor bij Heerenveen geen draagvlak meer bestaat, en de vertrokken raad van commissarissen (rvc).
'Deze manier van handelen is buitengewoon onelegant en rvc-onwaardig', vertelde Vaessen tijdens de persconferentie. Over de directie was hij ook uitgesproken. 'Onder voormalig voorzitter Riemer van der Velde was er sprake van een behoedzaam financieel beleid. De periode daarna, onder leiding van Jan van Erve, Henk Hoekstra en Yme Kuiper noemen we de periode van te hoge ambities.'
Dat de onrust ook financiële gevolgen had, werd ook duidelijk uit het onderzoek. De vertrokken directievoorzitter Robert Veenstra maakte het wel erg bont.
'Het vertrek van de statutair directeur heeft een extra last van 375.000 euro opgeleverd. Gezien de huidige problematiek bij SC Heerenveen verbaast het de commissie dat daarbij nog een bonus is toegekend', doelt de commissie op de riante vertrekregeling. 'Het inschakelen van Hofman Bedrijfsrecherche zegt bovendien veel over de verhoudingen tussen Veenstra en het personeel. Er heerste een sfeer van angst en intimidatie.'
Veenstra nam op 21 mei afscheid als voorzitter. Zijn positie was volledig onhoudbaar geworden nadat supporters, werknemers en sponsors het vertrouwen in hem hadden opgezegd. Nu moeten ook de overige directieleden - technisch directeur Johan Hansma en commercieel directeur Joost Steppé - vertrekken. De conclusies en adviezen van Koopmans en Vaessen zijn namelijk bindend, liet burgemeester Tjeerd van der Zwan weten. 'Gebruik dit moment om de tweespalt te verlaten en schaar je achter de uitkomsten van het rapport.'
Het duo Koopmans-Vaessen nam kort na het vertrek van Veenstra de taken van Paul Nobelen over. Die werd begin juni verzocht de achtergrond van de onrust in kaart te brengen. Maar minder dan drie weken later kwam hij tot de conclusie dat 'het onderzoeksklimaat onvoldoende goed was om een integer, onafhankelijk en professioneel onderzoek te verrichten' waarna hij weer van het toneel verdween. Lees hier het volledige rapport.