Doping-affaire Hoffenheim eindigt met 'salomonsoordeel'
De doping-affaire rond de Hoffenheim-spelers Andreas Ibertsberger (foto) en Christoph Janker is definitief afgesloten. De Duitse voetbalbond legde geldboetes op aan de club en clubarts Peter Geigle. Ibertsberger en Janker ontlopen verdere vervolging.
Het tumult ontstond nadat de twee spelers van Hoffenheim zich op 7 februari na afloop van de uitduel met Borussia Mönchengladbach tien minuten te laat bij de dopingcontrole hadden gemeld. Ibertsberger en Janker dreigden daardoor voor lange tijd te worden geschorst. In een voorlopige uitspraak oordeelde de Duitse bond al dat de spelers weinig viel te verwijten.
Maandag tijdens een hoorzitting kwam de schuldvraag van Hoffenheim aan de orde. De club komt weg met een geldboete van 75.000 euro vanwege het slordig hanteren van de dopingregels. Een puntenaftrek, waarover in Duitse media werd gespeculeerd, bleef Hoffenheim bespaard. Ook de 1-1 uitslag van de wedstrijd tegen Borussia Mönchengladbach blijft gehandhaafd. Clubarts Geigle werd voor zijn aandeel in de affaire bestraft met 2.500 euro boete.
'Ik denk dat er een wijs besluit is genomen, een salomonsoordeel', reageerde Hoffenheim-manager Jan Schindelmeister op de uitspraak. 'Ik hoop dat de spelers nu eindelijk niet meer verdacht worden van doping en dat de kwestie hiermee uit de wereld is.'