Eén bekend Milan-moment nekt geweldig PSV
PSV deed zo'n beetje alles goed. Voor het eerst in acht Champions League duels bezorgde het AC Milan tegentreffers, drie nog wel. Maar dat was er één te weinig omdat de Italianen zoals zo vaak uit het niets en in blessuretijd het allesbeslissende uitdoelpunt maakten (3-1).
Met de 2-0 uit de heenwedstrijd op zak was dat voldoende voor de rossoneri om voor de tweede keer in drie jaar de finale te halen. Al kan PSV met recht zeggen dat de beste ploeg verloor. Meer nog dan in Milaan heerste PSV en wees alles erop dat de ploeg van Guus Hiddink de stunt zou voltooien. Totdat Massimo Ambrosini de dromen in blessuretijd aan diggelen kopte.
Waar PSV vooraf bang voor was, dat het door de fysieke kracht van Jaap Stam en consorten centraal in de aanval niet veel zou kunnen uitrichten, kwam niet uit. Sterker nog, Jan Vennegoor of Hesselink troefde Stam op basis van kracht vrijwel direct af.
In de zestien trok de Nederlandse Milan-verdediger hem vervolgens lichtjes onderuit maar een sanctie was niet nodig omdat Ji-Sung Park instormde en de bal hoog in de touwen joeg: 1-0, met nog maar acht minuten op de klok. Lange Jan maakte zelf bijna de 2-0. Uit een vrije trap van Mark van Bommel won de spits van PSV het in de lucht en kopte de bal op de lat. Even later kwam Alex als winnaar uit de strijd maar de Braziliaan kopte via de grond over.
Milan stelde daar maar bitter weinig tegenover. Het was PSV dat vastberaden en zonder schroom het initiatief pakte en vasthield. Ook na de pauze. De Italiaanse ploeg kreeg vrijwel geen moment rust en moest hopen op een snelle uitval.
Voordat die er kwam - Theo Lucius redde toen Andrei Sjevtsjenko ontsnapte - kreeg PSV één uitstekende kans. De één-twee van Phillip Cocu met Jefferson Farfán was fraai, het overstapje van Mark van Bommel fraaier. De bekroning bleef uit omdat Park deze keer een mispeer van jewelste produceerde.
Toch kon de 2-0 niet lang uitblijven. Daarvoor speelden de Eindhovenaren te goed, met hoofdrollen voor de vliegende backs Lucius en Young-Pyo Lee, op wie Milan geen vat kon krijgen. Vooral Lee was in aanvallend opzicht niet te houden.
Met een van zijn acties stond de Koreaan aan de basis van de tweede goal. Lee kapte nu eens niet terug naar rechts maar zette met links voor. Cocu timede en knikte de bal laag langs de grabbelende handen van Dida.
De wedstrijd leek uit te monden in een verlenging. Een moment van onachtzaamheid van Van Bommel werd PSV echter alsnog fataal. Kaká zette voor en Ambrosini kon geheel vrij de 2-1 binnenkoppen. Dat Cocu met een fraaie volley nog 3-1 maakte, hield de spanning hoog. Maar een verlossend vierde doelpunt bleef uit.