Er staat Oranje wat te wachten tegen Kameroen

In Nederland is de WK-koorts de reguliere lichaamstemperatuur nog niet ontstegen, maar daar zal vanaf deze week verandering in komen. Oranje strijkt neer in Hoenderloo en daarmee is het spel op de wagen.

Er staat Oranje wat te wachten tegen Kameroen

Iedere ingescheurde teennagel zal tot nationaal nieuws verklaard worden, elke zweetdruppel wordt op camera vastgelegd. Een mooi vooruitzicht. De massale en terechte aandacht voor ons nationale elftal, staat vaak in schril contrast met de wijze waarop de komende tegenstanders belicht worden.

Soms is dat terecht. Japan spreekt niet echt tot de verbeelding, met al die gedisciplineerde spelers en hun collectieve betonvoetbal. Denemarken is een open boek, met alle internationals die in de Eredivisie hebben gespeeld of dat nog steeds doen. De bondscoach, Morten Olsen, spreekt zelfs vlekkeloos Nederlands. Niet bepaald exotisch dus.

Nee, dan Kameroen. Hoe meer ik over De Ontembare Leeuwen lees en zie, hoe sterker ik me verheug op de ontmoeting op 24 juni in Kaapstad. We kennen allemaal Samuel Eto'o, de wereldspits van Internazionale met het controversiële karakter.

Aan de andere kant van het spectrum heeft Kameroen Eyong Enoh, bikkelharde middenvelder en brave burger in één persoon verenigd. Vorige week zondagavond zagen we hem in een prachtige documentaire van Sander de Kramer zijn christelijke geloof belijden.

Ook folderen in de Amsterdamse binnenstad, een dag voor de competitiekraker tegen PSV, hoorde daarbij. Tijdens een trainingskamp met zijn nationale ploeg in Kenia zagen we Enoh met zijn teamgenoten zingen, dansen en springen.

Het gaf een fraai inkijkje in een wereld die wij in Nederland amper kennen. Dat belooft een fascinerende botsing van culturen, over anderhalve maand.

Eerder die week las ik in het Engelse dagblad The Guardian een spetterend interview met Benoît Assou-Ekotto. De verdediger van Kameroen en Tottenham Hotspur maakte van zijn hart geen moordkuil en spuugde vol overtuiging in de ruif waar hij al jaren uit eet.

Assou-Ekotto gruwt van de hypocrisie in het profvoetbal, daar kwam zijn betoog in grote lijnen op neer. Een greep uit zijn uitspraken: 'Voetballers zeggen in interviews heel andere dingen dan ze werkelijk vinden. Dan vraag ik ze naderhand of ze soms twee persoonlijkheden hebben. Ik weet dat ze liegen en ik haat leugens.'

Over zijn keuze voor vaderland Kameroen in plaats van Frankrijk, waar hij geboren is: 'De Fransen willen niet dat de kinderen van immigranten onderdeel uitmaken van het nieuwe Frankrijk. Dus grijp je terug naar je roots.'

Of deze: 'Voetbal is mijn werk, niet mijn passie. De voetbalwereld deugt niet.' En: 'Ik bel nooit met ploeggenoten. Ik geloof niet in vriendschap in het voetbal.'

Zijn onorthodoxe houding heeft hem de laatste jaren niet in de weg gestaan. Na een moeizame start in 2006 bij Tottenham Hotspur, onder huidig Ajax-trainer Martin Jol overigens, tekende Assou-Ekotto vorig jaar een nieuw contract in Londen voor nog eens vier seizoenen. Enkele maanden eerder vierde de nu 26-jarige linksback zijn debuut in het nationale elftal van Kameroen.

Hoewel hij voetbal puur als beroep ziet, had Assou-Ekotto in The Guardian ook nog een waarschuwing in petto: 'Je houding doet er niet toe. Zolang je maar honderd procent professioneel bent, de trainer tevreden over je is en je bereid bent een tand of een oog te verliezen voor je ploeg. Bij mij is dat het geval.'

Zó vastberaden en uitgesproken lees je het niet vaak. Er staat de aanvallers van Oranje wat te wachten tegen Kameroen. In elk geval een verdediger die de voetbalwereld verafschuwt, maar desondanks bereid is halfblind van het veld te stappen. Gaat dat zien.

Simon Zwartkruis

Bekijk hier al onze video's