FC Utrecht schrijft voor de tiende keer rode cijfers onder Van Seumeren

Dat blijkt uit de jaarcijfers die de Domstedelingen hebben neergelegd bij de Kamer van Koophandel. Het nieuwe verlies is overigens geen verrassing. FC Utrecht gaf vorig seizoen al aan dat er werd gewerkt met een gat in de begroting. De insteek is: liever subtopper met rode cijfers dan lager eindigen met zwarte cijfers. Dankzij de garanties van de grootaandeelhouder kan de club zich deze opstelling permitteren.

Met een groeiende businessclub en meer seizoenkaarthouders steeg de omzet van FC Utrecht weliswaar, maar ook aan de kostenkant worden flinke sprongen gemaakt. Opvallend zijn vooral de salarisuitgaven, die afgelopen seizoen stegen van 11,5 naar 14,2 miljoen euro. Voor de duidelijkheid gaat het hier om de lonen van de totale organisatie, maar het grootste deel is uiteraard gereserveerd voor de spelers en technische staf. Daarmee is FC Utrecht de nummer zes van de Eredivisie, achter de traditionele topdrie, Vitesse (18,6 miljoen) en AZ (17,4 miljoen).

Met het nieuwe tekort is het totale verlies in de periode onder Frans van Seumeren nu opgelopen naar 46 miljoen euro. Daarmee is het einde nog niet in zicht. Ook dit seizoen wordt er weer gewerkt met een gat in de begroting. Aangezien de transferopbrengsten van afgelopen zomer onvoldoende waren om het miljoenentekort te compenseren, heeft Frans van Seumeren opnieuw een garantstelling afgegeven.

Feit is wel dat FC Utrecht dankzij de inspanningen van de clubeigenaar een opmars heeft gemaakt op de ranglijst. De afgelopen vier seizoenen werd steeds bij de beste zes gefinisht. Van Seumeren heeft eerder gezegd dat hij AZ achterna wil. De uitgaven zullen de komende jaren dan ook niet gaan dalen. Er is met het oog op de lange termijn geïnvesteerd in de jeugdopleiding, maar wil Utrecht daadwerkelijk meestrijden om plaats vier, dan moet het op de spelersmarkt ook qua salarissen de strijd kunnen aangaan met AZ en Vitesse. Zelf heeft de club geen reserves, dus dat kan alleen met het verder opvoeren van de investeringen.

Dat de club nu in het jaarverslag stelt binnen enkele seizoenen break-even te gaan draaien, lijkt dan ook niet realistisch. Weliswaar zegt de directie te werken aan plannen om FC Utrecht minder afhankelijk te maken van transfers en van stortingen van de aandeelhouders, maar de realiteit is dat dit streven al tien jaar wordt uitgesproken. FC Utrecht haalt simpelweg nog te weinig geld uit de markt om het ambitieniveau op eigen kracht te kunnen realiseren. Zodoende blijft het afhankelijk van de grootaandeelhouder uit Harmelen.

• Meer over

• FC Utrecht
• Eredivisie 2019/2020