Feyenoord schittert in Europees talentenonderzoek

Het Zwitserse onderzoeksbureau CIES onderzocht hoeveel speelminuten spelers onder de 22 jaar krijgen bij clubs door heel Europa. Daarbij werd gemeten over de periode juli 2009-december 2015. Clubs die niet al die jaargangen actief waren op het hoogste niveau, zijn niet meegeteld. In totaal werd daardoor bij 247 clubs gemeten.

Van alle competitiewedstrijden die in die periode werden gespeeld, werd bij Feyenoord liefst 39,8 procent van de speelminuten toebedeeld aan spelers van onder de 22 jaar. Daarmee staat Feyenoord (op de foto Terence Kongolo, Bilal Basaçikoglu en Tonny Vilhena) derde op de lijst met 247 clubs. Alleen Lokomotiv Zagreb en OFK Beograd doen het nog beter dan de Rotterdammers. Met Ajax (31,2 procent), FC Groningen (29,2 procent), Vitesse (29 procent) en SC Heerenveen (28,8 procent) zijn nog vier andere Nederlandse clubs in de toptwintig van het klassement. AEL Limassol (0,2 procent) is daarentegen de absolute veteranenclub van Europa. Ook bij Stoke City en Juventus (allebei 0,4 procent) kun je als jonge speler beter wegblijven.

Als naar de gemiddelden per competitie wordt gekeken, blijkt dat spelers onder de 22 alleen in Kroatië (28,7 procent) en Slovenië (27,8 procent) meer speelminuten krijgen dan in de Eredivisie (24,1 procent). Cyprus (6,2 procent) komt uit het onderzoek naar voren als de ultieme uitbuikcompetitie. Ook Turkije, Rusland, Engeland en Italië staan in de staart van het jongerenklassement.

Vitesse
In het onderzoek komt de innige samenwerking tussen Vitesse en Chelsea op een sprekende manier naar voren. Nergens in Europa krijgen namelijk zoveel buitenlandse spelers onder de 22 zoveel speeltijd als in Arnhem. Daar werd de afgelopen vijf jaar 14,9 procent van de speeltijd gereserveerd voor niet-Nederlandse talenten. Ook Ajax (11,9 procent), AZ (8,5 procent), FC Twente (7,9 procent) en FC Utrecht (7,8) staan in deze toptwintig.

• Meer over

• Feyenoord
• Vitesse
• Eredivisie 2016/2017