Italië mag alleen huilen om povere zege
De tranen vloeiden bij de Italianen, want ondanks een late winnende treffer van Antonio Cassano, moet Italië net als Bulgarije naar huis.
Gans Italië mocht zich dan vier dagen lang drukmaken over een Scandinavisch complot, de eigen nationale ploeg slaagde er maar ternauwernood in om van de matige Bulgaren te winnen. In een bedroevende vertoning ontsnapten de azzurri maar net met een nipte zege.
Of Zweden en Denemarken nu wel of niet aan hun sportieve plicht voldeden (de 2-2 was erg geloofwaardig), dat maakte eigenlijk geen zier uit. Italië groef zijn eigen graf door slap en ongeïnspireerd te spelen.
En op het moment dat Mattias Johnson de veelbesproken 2-2 maakte, keek de ploeg van bondscoach Giovanni Trapattoni nog tegen een 1-1 stand aan. En op het moment dat Antonio Cassano in Guimaraes in de vierde minuut van blessuretijd Italië naar de 2-1 overwinning schoot, floot Markus Merk in Oporto voor het eindsignaal bij de Denen en Zweden.
Aan het spelbeeld was ook niet te zien waarom Italië een plek in de halve finale moest verdienen. La Squadra Azzurra slaagde er nimmer in een overwicht te bewerkstelligen en moest zelfs lange tijd achter de Bulgaren aanlopen. Dat mag op zich heel opmerkelijk genoemd worden, aangezien de elf van Plamen Markov allesbehalve vloeiende combinaties vormden. Geen enkele pass was op maat, maar door het gemis aan Italiaanse scherpte, leidde dat weinig tot balverlies. 
Ter vergroting van de Italiaanse misère kwam Bulgarije nog op voorsprong ook. Dimitar Berbatov legde scheidsrechter Ivanov in de luren, door zich achterover te laten vallen en aan Marco Materazzi te gaan hangen. Na de schwalbe passeerde Martin Petrov (foto) doelman Gianluigi Buffon: 1-0.
De Italianen kwamen nog wel razendsnel terug. Drie minuten na rust poeierde Antonio Cassano op de onderkant van de lat, en in de klutssituatie die vervolgens ontstond, bleek Simone Perrotta het meest attent.
In de 42 resterende minuten joeg Italië nog wel op de overwinning. Trapattoni haalde Christian Vieri nog van de bank en durfde in de slotfase nog een extra aanvaller in te brengen met Marco Di Vaio. Maar van een echt groot offensief was zelden sprake, mede omdat de Bulgaren met een flink aantal overtredingen voorkwamen dat het lage tempo een versnelling hoger ging. Vieri, Gianluca Zambrotta en Alessandro Nesta waren nog gevaarlijk, maar echt in de problemen kwam de nerveuze doelman Zdravko Zdravkov lange tijd niet.
Pas in de vierde minuut van blessuretijd werd hij voor de tweede keer geklopt. Maar de vreugdetranen van de intikker van Cassano, veranderden in tranen van verdriet nadat de azzurri de Scandinavische eindstand vernamen.