Lille, de huiskamer van El Ghazi en Kishna
Een historische dubbelslag in 2011 onder trainer Rudi Garcia en daarna niets. Lille was klaar voor een machtspositie in de Ligue 1, had grote ambities, betrok een nieuw stadion en dreef sindsdien merkwaardig genoeg steeds verder af van de eigen doelstellingen. Toen de club naar het Stade Pierre-Mauroy verhuisde, had dat het Lille-tijdperk moeten inluiden.
De bedoeling was voort te bouwen op de gouden generatie met Mickaël Landreau, Mathieu Debuchy, Adil Rami, Yohan Cabaye, Gervinho, Moussa Sow en Eden Hazard (foto onder) die de club een landstitel en een Coupe de France bezorgde. Het bleek met terugwerkende kracht een eenmalige droom. Een jaar later pakte Montpellier de titel. Lille gaf vooral heel veel geld uit aan middelmatige spelers.
Ricardo Kishna, gehuurd, en Anwar El Ghazi zullen snel genoeg merken dat Lille geen echte voetbalstad is waar de sfeer snel omslaat in negativiteit bij het uitblijven van prestaties. In steden als Lens, Nantes of Saint-Étienne heerst veel meer een voetbalcultuur en is er veel meer sfeer in het stadion. Het naburige Lens trekt in de Ligue 2 nog altijd meer dan twintigduizend supporters.
Sinds de verhuizing van Lille naar het Stade Pierre-Mauroy (capaciteit: 50.157 plaatsen), vierenhalf jaar geleden, is de publieke belangstelling door toedoen van steeds mindere resultaten sterk afgenomen. In het eerste seizoen in de nieuwe voetbaltempel bedroeg de gemiddelde opkomst nog 41 duizend, vorig seizoen viel die terug naar net boven de dertigduizend en dit jaar is een dalende trend zichtbaar.
Op de kleine opleving van vorig weekend na dan, meer dan waarschijnlijk uit nieuwsgierigheid naar debutanten als Kishna en El Ghazi. Ruim 38 duizend toeschouwers zagen hoe Lille met 0-1 verloor van Lorient. Dinsdag kwam daar nog een omstreden nederlaag bij tegen Paris Saint-Germain (2-1), waardoor Lille verder afgleed naar een plaats vlak boven de degradatiestreep. De club is de komende weken volledig gefocust op niet degraderen. Als dat wél gebeurt, kan dat een ramp betekenen, de genadeklap met het oog op de slechte financiële huishouding.
Redding kwam van buitenaf. Lille heeft sinds enkele weken een nieuwe ambitieuze eigenaar. De Luxemburger Gérard Lopez, voormalig eigenaar van Formule 1-renstal Lotus, ziet potentie in de club. Ergens onderweg is het misgegaan voor Lille. Het Stadium Lille Métropole, de vroegere speeltuin van Eden Hazard, bood plaats aan achttienduizend mensen en werd omringd door een gigantische atletiekbaan. Het nieuwe onderkomen is bijna drie keer zo groot, het aantal usiness-seats ligt rond de vijfduizend, maar toch is de begroting blijven steken op het niveau van vóór de verhuizing. De inkomsten in het Stade Pierre-Mauroy vallen zwaar tegen. De jaarlijkse huurprijs van 5,2 miljoen euro is bovendien een last die Lille afremt.
Daarom heeft de Noord-Franse club zich noodgedwongen weer moeten richten op de eigen opleiding, die als zeer goed bekendstaat. De voorbije jaren incasseerde Lille mooie transferbedragen voor Soufiane Boufal (Southampton), Lucas Digne (PSG), Adama Traoré en Djibril Sidibé (AS Monaco) en Divock Origi (Liverpool).
De komende weken moet Lille zijn ambities kracht bijzetten. De huidige nummer dertien treedt twee keer achter elkaar aan tegen degradatiekandidaten: volgende week wacht een uitduel met nummer zestien Caen en deze zaterdag (20.00 uur) een thuiswedstrijd tegen nummer achttien Angers.
Om mee te kunnen praten, moet je ingelogd zijn met je VI-account.
Login