Louis van Gaal: de chemie is weg
Voeg Louis van Gaal toe aan de talentvolle selectie van het Nederlands Elftal en je hebt een grote kans op een wereldtitel. Dat was de opinie van vele voetbalkenners in Nederland nadat de KNVB op 7 juli 2000 bekendmaakte dat de geboren Amsterdammer als bondscoach van Oranje aan de slag zou gaan. Van Gaal had successen behaald met Ajax en Barcelona en had bovendien een groot deel van de Oranje-kern als coach onder zich gehad.
Vanaf zijn eerste officiële wedstrijd had Van Gaal het moeilijk. Onverwacht verspeelde Oranje twee punten door een 2-2 gelijkspel tegen Ierland. Het begin van het einde, zo bleek later. Veertien interlands speelde het Nederlands Elftal onder Van Gaal. Slechts anderhalve wedstrijd wist Oranje te overtuigen. Op bezoek in Portugal toonde het Nederlands Elftal zich beter dan de Portugezen, totdat in de slotfase de verdiende zege alsnog dom uit handen werd gegeven. Die andere goede prestatie dateert van augustus 2001 toen Engeland in de eerste helft van een vriendschappelijke ontmoeting werd weggetikt: 2-0.
Na de teleurstellende uitschakeling op Landsdowne Road mocht Van Gaal echter nog rekenen op krediet. Natuurlijk, onder hem had het Nederlands Elftal voornamelijk bedroevend voetbal laten zien. De door Van Gaal zelf benoemde standaard Nederland-Joegoslavië (6-1) werd slechts zelden geëvenaard. En ja, Van Gaal had ook flink gegoocheld met opstellingen en wissels. Michael Reiziger als linksback tegen Portugal (0-2) was pijnlijk. Jerrel Hasselbaink als rechtsbuiten tegen Ierland was meelijwekkend. En ondanks zijn moeizame relatie met de media, vaak ingegeven door zijn halsstarige gedrag, mocht hij blijven van de kritische pers. Die critici wezen naar zijn staat van dienst en waren bovendien van mening dat de spelers het ook hadden laten afweten. Van Gaal ondermijnde vervolgens zijn eigen positie door haast eindeloos lang zijn eigen positie te evalueren. Werd die tijd hem aanvankelijk nog gegund, na anderhalve maand vergeefs wachten, was de maat vol. 'Als premier Wim Kok drie weken nodig heeft om na te denken over zijn toekomst, dan is het belachelijk dat Van Gaal daar al ruim twee maanden voor nodig heeft', verwoordde Paul Onkenhout, verslaggever van de Volkskrant de heersende opinie het best.
Intussen hadden de deskundigen ook het manco van het Oranje-falen gevonden. Van Gaal is een geweldige coach, maar geen goede bondscoach, luidde het oordeel. De internationals hebben geen behoefte aan een zeer intensief trainingsprogramma op weg naar een interland, maar zouden ontspannen naar een wedstrijd toe moeten leven. En dat is niet de werkwijze van Van Gaal. De huidige lobby voor Wim van Hanegem als opvolger illustreert deze denkwijze. 'Voor de goede sfeer zou Van Hanegem zijn spelers op weg naar een interland desnoods naar een pornootje laten kijken', gekscheerde Onkenhout.
In zijn maandenlange evaluatieperiode sprak Van Gaal onder meer met enkele belangrijke internationals over zijn aanblijven. Twee weken geleden hakte hij zelf definitief de knoop door, maar de KNVB wilde eerst alles tot in de puntjes uitwerken, voordat de beslissing wereldkundig zou worden gemaakt. De vriendschappelijke wedstrijd tegen Denemarken zou van doorslaggevend belang zijn geweest. Daar irriteerde de bondscoach zich aan de houding van zijn spelers. Hij besloot zelfs na de laatste training zijn opstelling rigoreus om te gooien. Nadat ook het duel uitdraaide op een deceptie (1-1), wist Van Gaal dat hij moest opstappen.
'Het belangrijkste om door te gaan is de twee-eenheid tussen spelersgroep en technische staf', begon Van Gaal zijn uitleg op zijn vertrouwde manier. 'Vandaar dat ik heb gesproken met een aantal spelers. Niet om hen te vragen of ik zou moeten opstappen, want dat vraag je niet aan een speler. Maar om hun visie over de spelersbegeleiding te weten te komen.'
'Zij hebben een ander idee van professionele begeleiding dan ik heb. Ik wil het toeval uitsluiten, ik geloof niet in een lossere aanpak. Op korte termijn boek je dan misschien resultaat, maar op de lange termijn kom je dan altijd tekort. Dan lukt het mij niet om die extra tien procent uit een speler te halen. Dat laatste zie ik als een kwaliteit van mij. Dan moet de bondscoach maar stoppen, besloot ik toen.'