Manchester City verpest Liverpool-droom en pakt landstitel

Het verschil met Liverpool bedroeg voorafgaand aan de slotdag van de Premier League één punt en dus moest City aan de bak op bezoek bij Brighton & Hove Albion. De druk stond er vol op, maar na een klein half uur ging het helemaal mis. Glenn Murray kopte een hoekschop van Pascal Gross van dichtbij binnen en liet de bezoekers daarmee enorm schrikken: 1-0. Omdat Liverpool even eerder al op voorsprong was gekomen, waren The Reds virtueel kampioen.

City herstelde zich echter razendsnel van die donderslag. Slechts 83 seconden na de 1-0 maakte Sergio Agüero alweer de gelijkmaker. De Argentijn passeerde doelman Mathew Ryan na een prachtig passje van David Silva: 1-1. In de 38ste minuut was de comeback van de ploeg van Guardiola compleet. Aymeric Laporte kopte de 1-2 binnen uit een corner van Riyad Mahrez.

De Algerijn was door Guardiola verrassend in de basis geposteerd en betaalde dat vertrouwen halverwege de tweede helft dubbel en dwars terug. Mahrez werd aangespeeld door David Silva, kapte Lewis Dunk fraai uit en schoot de bal met zijn rechterbeen hard in de bovenhoek: 1-3. Die treffer zorgde voor een enorme opluchting bij de spelers en staf van City, want de bezoekers hadden het niet makkelijk tegen het stugge Brighton.

In de 73ste minuut werd het nog mooier voor City. Na een overtreding op Raheem Sterling kregen The Citizens een vrije trap op een meter of twintig van het Brighton-doel. Ilkay Gündogan ging achter de bal staan en schoot hem schitterend in de kruising: 1-4. Dat was ook meteen het slotakkoord. Ruim twintig minuten later klonk het laatste fluitsignaal en barstte de feestvreugde los bij de kampioen.

Liverpool stuntte dinsdag in de Champions League met een weergaloze remontada tegen Barcelona. De ploeg van manager Jürgen Klopp had ook op de slotdag van de Premier League een wonder nodig om de eerste landstitel sinds 1990 te pakken. Liverpool moest in ieder geval zelf winnen en dan hopen op een stunt van Brighton tegen City. Georginio Wijnaldum en Virgil van Dijk hadden een basisplaats bij The Reds.

Mané opende in de zestiende minuut de score. De Senegalees schoot raak uit een van richting veranderde voorzet van Trent Alexander-Arnold: 1-0. Diezelfde combinatie sloeg een kwartier voor tijd opnieuw toe. De jonge Engelsman etaleerde zijn uitstekende traptechniek met een pass op Mané, die zijn tweede van de middag binnenkopte: 2-0. De 27-jarige aanvaller kwam daardoor op 22 competitiedoelpunten, evenveel als Mohamed Salah en Pierre-Emerick Aubameyang.

Alexander-Arnold gaf op Anfield bovendien zijn twaalfde assist van het seizoen. Alleen Ryan Fraser en Eden Hazard bereidden meer doelpunten voor dan de rechtsback van Liverpool, dat de 2-0 zege over de streep trok en zijn indrukwekkende seizoen zo op passende wijze afsloot. Het was echter niet genoeg. Op 1 juni kan Liverpool dat ruimschoots goedmaken in de Champions League-finale tegen Tottenham Hotspur.

Eén punt

Liverpool kwam door de overwinning op The Wolves op een totaal van 97 (!) punten. Daarmee was de ploeg van Klopp in 24 van de laatste 26 seizoenen kampioen geworden. Maar dit jaar levert het dus geen landstitel op. City heeft na 38 wedstrijden immers één punt meer verzameld. Dat is het op één na hoogste puntenaantal voor de Engelse kampioen ooit. Het record staat ook op naam van City, vorig seizoen haalde de formatie van Guardiola honderd punten.

• Meer over

• Manchester City
• Wolverhampton Wanderers
• Liverpool
• Brighton & Hove Albion
• Premier League 2018/2019
• Brighton & Hove Albion - Manchester City (1-4)
• Liverpool - Wolverhampton Wanderers (2-0)