Mourinho zit ook in Spanje boven op de apenrots
De voetballerij wordt regelmatig een jungle genoemd, maar mij bevalt de vergelijking met een apenrots stukken beter.
De verhouding tussen trainer en selectie, de hiërarchie binnen een spelersgroep, de gevolgen voor de onderlinge samenwerking; de gemiddelde kleedkamer verschilt niet bijster veel van een rots vol apen. De gemiddelde werkvloer of politieke partij trouwens ook niet.
Mensen en chimpansees delen 98 procent identiek DNA, dat verklaart alvast een hoop. Bovenaan iedere rots zit de zogeheten alfa-aap. Daarvan staat op internet de volgende beschrijving:
'Alfa-apen zitten aan de top. Ze hebben goed inzicht in groepsprocessen en zetten die naar hun hand. Ze zijn dominant én sociaal intelligent. Ze werken doelgericht, hebben overal een mening over, kunnen delegeren, organiseren en goed verslag doen van zaken.'
'Een theorie is dat geliefde alfa-apen uit sociaal emotioneel veilige gezinnen komen, met ouders die niet vaak nee zeiden, waardoor deze kinderen - van nature vaak durfals - zich ongeremd hebben kunnen ontplooien en een reëel zelfbeeld en zelfvertrouwen ontwikkelden.'
Dat maakt de overgang in dit stukje naar José Mourinho makkelijk. Tenminste, als we dat reële zelfbeeld even vergeten, want daar kan geen sprake van zijn bij iemand die zichzelf met droge ogen The Special One noemt. Maar verder is alles in de voorgaande omschrijving van toepassing op de nieuwe trainer van Real Madrid.
In Portugal, Engeland en Italië heeft Mourinho de top van de rots al bereikt, nu de Spaanse nog. En hoewel hij de Primera División startte met een bloedeloze 0-0 op Mallorca, eigenlijk zit hij nu alweer bovenaan.
Want geen enkele trainer was in het Spaanse voorseizoen dominanter aanwezig dan Mourinho. Recentelijk bewees hij zijn duurbetaalde spelers nog maar eens dat er niet hem te spotten valt. Ten overstaan van de voltallige selectie kreeg Karim Benzema onderuit de zak van de Portugees.
Mourinho is, geheel begrijpelijk overigens, niet te spreken over de mentaliteit van de Franse aanvaller. Hij beet Benzema in een volle kleedkamer toe 'een slaapkop' te zijn en daar liet de trainer het niet bij: 'Je komt om tien uur half slapend op de club en om elf uur ben je alweer weggedommeld.'
Nadat de reprimande in de Spaanse pers was uitgelekt, draaide Mourinho tegenover sportkrant Marca evenmin om de hete brei heen. 'Ik heb hem nodig als scherpe spits, niet als lusteloze speler die nergens zin in heeft.'
Het fascinerende van Mourinho is dat hij zijn grote mond bijna jaarlijks waarmaakt. Het irritante is dat hij zijn onmiskenbare successen veel te gretig uitdraagt. Voor de zekerheid claimde de trainer vorige week zelfs de prijzen die zijn opvolger bij Internazionale mogelijk gaat winnen.
'Rafael Benítez is de coach van mijn team', zei Mourinho in een interview met de Engelse Sunday Telegraph. 'Als hij met Inter de Wereldbeker voor clubs wint, is dat mijn verdienste.'
Wat een immens verschil met een collega-toptrainer die verderop in dezelfde krant aan het woord kwam, Arsène Wenger. De coach van Arsenal vertelde over zijn liefde voor het voetbal, de geur van vers gemaaid gras, de ontwikkeling van jong talent en zijn voorzitterschap van het organisatiecomité van het komende WK voor daklozen.
Het eind van het liedje zal vermoedelijk als volgt klinken: pragmaticus Mourinho wint met Real Madrid dit seizoen minimaal twee hoofdprijzen, romanticus Wenger staat volgend voorjaar opnieuw met lege handen. Zo gaat dat op de apenrots.
Simon Zwartkruis