Pérez mikt met Ancelotti op Cups en kalmte in Madrid
Met het vastleggen van Carlo Ancelotti heeft Real Madrid-voorzitter Florentino Pérez eindelijk de man binnen die hij al veel eerder op de trainersstoel van De Koninklijke had zien willen zitten.
Zo had Pérez Ancelotti in 2009 bij zijn terugkeer als preses van Real al op het oog als opvolger van Juande Ramos. Destijds koos Ancelotti na acht seizoenen bij AC Milan echter voor het aantrekkelijke aanbod van de steenrijke Chelsea-eigenaar Roman Abramovich.
Na zijn ontslag in Londen ging Ancelotti aan de slag bij het eveneens kapitaalkrachtige Paris Saint-Germain, waar hij was voorbestemd om nog een jaar langer trainer te blijven. Totdat Real Madrid opnieuw voorbij kwam. Een buitenkans die Ancelotti ondanks een doorlopend contract in Parijs niet nogmaals kon laten schieten, zeker omdat Pérez van plan is om deze zomer sterren als Gareth Bale, Isco en Luis Suarez naar Madrid te halen.
PrijzenkastMet Ancelotti als opvolger van de naar Chelsea vertrokken José Mourinho haalt Real opnieuw een oefenmeester met een veelbelovende erelijst in huis. De prijzenkast van de voormalig Italiaans international (26 caps) kreeg met name gestalte bij Milan, waar hij tussen 2001 en 2009 acht trofeeën won, waaronder twee keer de Champions League, een landstitel en een wereldbeker voor clubs. 
Hoewel Ancelotti daarna ook nog landskampioen werd met Chelsea (in 2010) en PSG (afgelopen seizoen) zal het Pérez met name te doen zijn om Ancelotti's Europese successen uit zijn tijdperk in Milaan. In vijf opeenvolgende CL-seizoenen (tussen 2002/03 en 2006/07) stonden de Rossoneri drie keer in de eindstrijd van het miljoenenbal. Dat dat niet ook drie eindzeges opleverde was slechts te wijten aan de miraculeuze comeback van Liverpool in 2005.
De laatste keer dat Real Madrid dusdanig dominant aanwezig was in het Europese topvoetbal dateert alweer van meer dan tien jaar geleden. In 1998, 2000 en 2002 pakte de recordhouder wat het aantal Europa Cup I-zeges betreft respectievelijk de zevende, achtste en negende Cup met de Grote Oren in de clubhistorie.
Mourinho, net als Ancelotti tweevoudig CL-winnaar (in 2004 met FC Porto en 2010 met Internazionale), was drie jaar geleden bij zijn komst voorbestemd om Real naar La Décima (de tiende Europa Cup) te leiden, maar onder leiding van de Portugees was de halve finale telkens het eindstation. Bovendien was zijn positie niet langer houdbaar, omdat Mourinho in Madrid meer en meer de naam kreeg van een ontruststoker.
TegenpoolIn dat opzicht is Ancelotti de ware tegenpool van Mourinho. Bij zijn vorige werkgevers klapte Carletto nimmer uit de school over interne aangelegenheden en wist hij conflicten altijd binnenskamers te houden. Door het Real-gezinde Marca is Ancelotti daarom al betiteld als 'discrete winnaar.'
Ancelotti moet zijn reputatie als de gedroomde trainerskandidaat wat dat betreft in meerdere opzichten waarmaken. Niet alleen zal hij zijn Europese kunststukjes met AC Milan bij Real een vervolg moeten geven, ook moet hij er als toonbeeld van kalmte, bescheidenheid en beschaving voor zorgen dat het gedrag van de trainer niet langer een bron van onrust is in het vaak toch al zo zinderende Madrileense Estadio Santiago Bernabéu. (Tim Vos)
Alle gebruikte foto's op VI.nl zijn afkomstig van VI Images.