'Qua bijnaam ben ik in ieder geval op de goede weg'
Sandro Calabro heeft de goede lijn doorgetrokken. De aanvaller van VVV-Venlo blijft ook na de promotie naar de Eredivisie het net gemakkelijk vinden. 'Natuurlijk is het een droom om ooit in Italië te spelen.'
'De spelers hier noemen me gekscherend wel eens Pipo,' zegt Calabro deze week in Voetbal International, doelend op de bijnaam van AC Milan-spits Filippo Inzaghi.
'Uit het niets kan ik toeslaan, maar dat is ook iets van de laatste jaren', beschouwt Calabro zijn ontwikkeling als spits. 'Voorheen wilde ik nog veel te veel doen in het veld. Ballen afpakken, vanaf de zijkanten voorzetten geven en het spel verdelen. Dat is ook de opvatting van de Nederlandse jeugdopleiding. Je moet alles beheersen, waardoor een specialisme nog wel eens verloren gaat.'
Calabro dankt zijn productie mede aan Keisuke Honda. 'Honda is een fenomeen', zegt de aanvaller lachend. 'Vorig jaar maakten we samen 41 goals, en nu hebben we er ook al negen in liggen. Hij heeft alle ogen op zich gericht, waardoor ik in zijn schaduw kan profiteren. De klik is er, dat was vorig seizoen in de Jupiler League al duidelijk zichtbaar. Toch is het wel altijd afwachten of je de lijn kan doortrekken op het hoogste niveau, maar die twijfel is inmiddels bij iedereen weg.'
Calabro heeft met een Siciliaanse vader een Italiaanse achtergrond. 'Italië is voetbalmaf en Sicilië zeker', zegt de aanvaller. 'Mijn familie in Italië volgt me op de voet en is trots dat ik in Nederland profvoetballer ben. De sport wordt daar zo extreem beleefd, dat zag ik ook bij mijn vader terug. Natuurlijk is het een droom om ooit in Italië te spelen en ik sluit niets uit. Qua bijnaam ben ik in ieder geval op de goede weg.'
Lees in de nieuwe Voetbal International het hele relaas van Calabro, die zich ook uitlaat over maffiapraktijken, Venlo, voetbalhardheid en het fenomeen Keisuke Honda. Klik hier voor de inhoud van VI nummer 39.
U kunt de nieuwste Voetbal International direct online bestellen.