Rode kaarten festival: Kieszek en VVV de boosdoeners
Met nog één speelronde voor de boeg hebben de achttien Eredivisie-ploegen woensdagavond een record neergezet. Nog nooit werden er in een seizoen zoveel rode kaarten getrokken door de dienstdoende arbiters; momenteel staat de teller op 81.
Het oude record dateerde uit de seizoenen 1978/79 en 2009/10. In die jaargangen bedroeg het aantal rode prenten na het laatste fluitsignaal 79. Dat aantal was al voor de midweekse speelronde van woensdag bereikt.
Mick van Buren had woensdagavond in het uitduel met De Graafschap (2-2) de twijfelachtige eer het record aan te scherpen. Hij kreeg, nota bene voor zijn eerste actie als invaller, een rode kaart. Later op de avond tilde Kevin Visser namens ADO, dat ruim verloor van PSV met 5-0, het aantal uitsluitingen naar 81. In de verzameling rode kaarten, waarin de geelrode kaarten ook zijn meegeteld, heeft iedere Eredivisieploeg een aandeel. VVV-Venlo kent de meeste spelers die voortijdig de kleedkamer op moesten zoeken: zeven. Daarentegen haalt FC Groningen het gemiddelde weer flink omlaag met maar één rode kaart.
Vijf spelers kregen dit seizoen vaker dan één keer een rode kaart. Het kwartet Lerin Duarte (Heracles Almelo), Niklas Moisander (AZ), Marcus Nilsson (FC Utrecht) en Stanislav Manolev (PSV) was goed voor twee kaarten per persoon.
De boosdoener wat het aantal rode kaarten betreft is Roda JC-keeper Pawel Kieszek. De Pool werd dit seizoen al drie keer van het veld gestuurd met een directe rode kaart: tegen PSV thuis en op bezoek bij Heracles Almelo en VVV-Venlo.
Met die drie kaarten kwam Kieszek, die voor de laatste reguliere competitiewedstrijd van de Limburgers geschorst is, in de buurt van het record. Dat staat nog altijd op naam van Raymond Atteveld die in het seizoen 1997/98 namens FC Groningen vier keer rood kreeg. (Tim Tempelaars) Foto: VI Images