Tien vragen aan: Marcel de Jong
Linksback Marcel de Jong (19) ontwikkelt zich stormachtig bij Roda JC. De geboren Canadees, afgelopen zomer overkomen van Helmond Sport, veroverde meteen een basisplaats in Kerkrade en debuteert nu in de selectie van Jong Oranje voor het oefenduel met Jong Denemarken. Zaterdag blonk hij uit in de met 0-1 gewonnen uitwedstrijd tegen Willem II.
Winst in Tilburg was belangrijk voor Roda JC om aansluiting te houden met de top.
‘Zeker. Vooraf wisten we dat we een lastige avond konden verwachten. Wij doen bovenin mee, zij staan in de staart van het klassement. Willem II kon dus vrijuit voetballen tegen ons en dat deden ze ook. Ze maakten het ons niet gemakkelijk, we kwamen goed weg met de overwinning.’
Was je net als trainer Huub Stevens ontevreden over jullie spel?
‘We speelden een van onze minste wedstrijden tot nu toe. In de eerste helft maakten we het onszelf onnodig moeilijk door heel veel fouten, dat werd in de tweede helft nog erger. De scherpte ontbrak in de ploeg, van voor tot achter. We kwamen heel vaak een stap te laat. Dat zag je vorige week al aankomen op de training. Een verklaring daarvoor heb ik niet, wél weet ik dat we ons geen zorgen hoeven te maken. Tegen Willem II creëerden we een behoorlijk aantal uitgespeelde kansen, zolang dat gebeurt is er geen reden ongerust te worden. Dat we ondanks ons slechte spel drie punten pakten, is extra lekker. We hebben een heel jonge groep, wij kunnen en móéten nog beter gaan spelen. Onze doelstelling is de vijfde, zesde plaats. Dat lijkt me een haalbaar streven.’
Je kunt zelf wél terugkijken op een geslaagd optreden.
‘Ik denk dat ik tevreden mag zijn, ja. Voor rust maakte ik nog een paar schoonheidsfoutjes, zo sprong ik een keertje onder een bal door. Maar al met al heb ik een goede wedstrijd gespeeld. Ik kon een aantal keren nuttig ingrijpen. Voorzetten eruit halen, schoten blokkeren...’
De technische staf van Roda JC is verrast door jouw snelle aanpassing. Ben jij dat zelf ook?
‘Eerlijk gezegd wel, ja. Afgelopen zomer had ik mijn eigen ideeën over mijn eerste seizoen in Kerkrade. Natuurlijk hoopte ik zoveel mogelijk te spelen, maar ik wilde vooral gaan leren van de oudere jongens in de selectie. Maar vanaf het begin liep het boven verwachting. Dat komt mede doordat ik zo goed ben opgevangen door de groep. Ik ben een jongen die zich ergens thuis moet voelen. Tot nu toe heb ik nog weinig problemen met het niveau. Je ziet wel altijd dat jonge spelers op een gegeven moment een terugval krijgen. Dat probeer ik zo lang mogelijk uit te stellen of zelfs te voorkomen, door gewoon keihard te blijven werken.’
Heeft de stap naar de Eredivisie je geen enkele moeite gekost?
‘De eerste trainingen waren zwaar, ik moest echt aanpoten. Maar van die harde trainingen heb ik nu juist heel veel profijt. Ik heb in korte tijd heel veel geleerd en ben een stuk sterker geworden. Dat geldt voor het hele team. Als andere ploegen inzakken, hebben wij nog kracht over om door te gaan.’
Nu zit je zelfs bij Jong Oranje, hoewel de KNVB tot voor kort niet eens wist dat je een dubbel paspoort hebt.
‘Dat vond ik wel vreemd, eerlijk gezegd. Maar aan de andere kant kan ik het ook wel een beetje begrijpen. Vorig jaar speelde ik nog voor Canada op het WK Onder-20 in Nederland, dus daarom dachten ze hier misschien dat ik niet meer voor Oranje kon uitkomen. Gelukkig heeft trainer Huub Stevens dat even rechtgezet. Daar ben ik heel blij mee, ik beschouw het ook als een mooi compliment.’
Hoe ben jij in Nederland verzeild geraakt?
‘Mijn ouders zijn allebei Nederlands. Zij wilden ooit een jaartje naar Canada, maar daar zijn ze uiteindelijk twintig jaar blijven hangen. Toen ik drieënhalf was, is ons gezin naar Nederland terugverhuisd. Het leek mijn ouders beter als ik hier zou opgroeien. Ik heb een stuk of twintig jeugdinterlands gespeeld voor Canada, daardoor heb ik een band gekregen met de voetballers daar. Er woont ook nog wat familie van me, maar met het land op zich heb ik niet zoveel.’
Dan is het toch logisch dat je voor Nederland gaat voetballen?
‘Daar ben ik nog niet uit. Zolang ik geen officiële A-interlands heb gespeeld, kan ik mijn keuze nog uitstellen. Die tijd wil ik ook gaan gebruiken. Het lijkt me fantastisch in het Nederlands elftal te mogen voetballen. Ik ben ambitieus en wil grote toernooien meemaken, dat is met Canada bijna onmogelijk. Maar ik moet ook realistisch blijven. Als blijkt dat ik niet goed genoeg ben voor Oranje, is het misschien toch verstandiger voor Canada te kiezen. Ik zal deze week eens advies gaan inwinnen bij bondscoach Foppe de Haan van Jong Oranje. En ik ga zeker nog eens de mening vragen van Huub Stevens. Kijken wat zij me kunnen vertellen. Ik weet dat linksbacks dun gezaaid zijn in Nederland, dat kan zeker een rol gaan spelen.’
Heb je nog contact gehad met mensen in Canada over je selectie voor Jong Oranje?
‘Stephen Hart, de bondscoach van de A-ploeg, stuurde me een e-mail. Hij wilde weten wat ik van plan was en gaf aan mij graag bij zijn selectie te halen. Ik heb geantwoord dat ik voorlopig eerst even wil rondkijken in Nederland. Eind vorig seizoen werd ik al eens uitgenodigd voor het nationale elftal van Canada. Maar toen zat ik midden in de play-offs met Helmond Sport en moest ik helaas afzeggen. Achteraf ben ik daar niet ongelukkig mee. Nu kan ik tenminste nog kiezen voor Nederland.’
Tot slot: wat is er aan de hand met je vorige club?
‘Dat vraag ik me ook af. Ik vind het vreselijk wat er gebeurt bij Helmond Sport, dat gun ik de mensen van die club niet. Ze hebben gewoon heel veel pech met blessures. Dat klinkt als een flauw excuus, maar in dit geval is het terecht. Vanaf de voorbereiding zitten ze al in de problemen. De slechte prestaties hebben niets te maken met Gerald Vanenburg. Ik denk dat elke trainer het moeilijk krijgt als er zeven, acht basisspelers ontbreken. Vanenburg mag pas worden beoordeeld als iedereen fit is.’