Van der Vaart bestrijdt beeld, maar cijfers liegen niet
Rafael van der Vaart kijkt tevreden terug op zijn optreden in Oranje tijdens het oefenduel met Tunesië (1-1) van afgelopen woensdag. De middenvelder wil graag een einde maken aan het in Nederland heersende beeld dat hij bij Real Madrid weinig aan spelen toekomt. De feiten spreken echter in zijn nadeel.
In de aanloop naar de oefeninterland had bondscoach Bert van Marwijk openlijk zijn zorgen uitgesproken over de reserverol van Klaas-Jan Huntelaar en Rafael van der Vaart in Madrid. Het was dan ook geen toeval dat het tweetal in Tunesië op de Oranje-bank begon. Beiden kwamen na rust als invaller binnen de lijnen.
'Ik was er op gebrand iets te laten zien', zegt Van der Vaart in het Algemeen Dagblad. 'Hopelijk helpt dit optreden mee het beeld over mij wat te nuanceren. Dat beeld is dat ik bij Real Madrid niet speel en daardoor geen wedstrijdritme zou hebben, maar ik speel meer dan de mensen in Nederland nu denken.'
Hoewel Van der Vaart dus anders wil doen geloven, bevestigen de cijfers vooralsnog dat hij inderdaad weinig minuten maakt in Spanje. Van de 22 competitiewedstrijden die Real Madrid dit seizoen afwerkte, begon de 26-jarige middenvelder er tien in de basis en kwam hij elf keer als invaller binnen de lijnen. Slechts één keer maakte hij de negentig minuten vol in de Primera División.
Inclusief Champions League-wedstrijden en duels in de strijd om de Copa del Rey stond Real Madrid dit seizoen 2700 minuten op het veld. Van der Vaart was in 1556 minuten van de partij, een percentage van 58 procent.
De recente statistieken van Van der Vaart spreken nog minder in zijn voordeel. Real speelde in 2009 zes competitiewedstrijden. Coach Juande Ramos liet Van der Vaart 220 van de 540 minuten meespelen. Op basis van dat percentage van 41 procent is de kanttekening van bondscoach Van Marwijk gerechtvaardigd.