Van Praag: 'Het was hakken en zagen'

Een achtkoppige delegatie met vertegenwoordigers uit Eredivisie en Jupiler League legde de bezwaren op tafel. 'Schofferend', vond de KNVB-voorzitter over de wijze waarop dit gebeurde. Het gesprek ging onder meer over zijn rol tijdens de bestuurscrisis waarin Bert van Oostveen en de commissarissen sneuvelden.  Veel clubs vonden hem te onzichtbaar.

'Hoe kan je mij dat nou verwijten? De clubs hebben in de loop der jaren de statuten zo aangepast dat de bevoegdheden om in dergelijke situaties op te treden helemaal niet meer bij de bondsvoorzitter liggen. Die ligt volledig bij de afdeling betaald voetbal. Niet ík controleer de raad van commissarissen betaald voetbal, maar de clúbs.'

'Toen er problemen waren met hun commissarissen die de achterban niet hadden geïnformeerd – met het vertrek van Bert van Oostveen en de benoeming van Gijs de Jong – hadden zij verwacht dat ik op de voorgrond zou treden. Dat ik zou ingrijpen. Ik wil het wel, maar ik kan het niet. Want diezelfde clubs hebben dat in de statuten onmogelijk gemaakt. Daarom begrijp ik ook niet goed wat de clubs nu van me willen. Vanmiddag hebben we dat besproken. Men wil het niet horen, of kent de statuten niet. Dan krijg ik zo’n gevoel van: kennelijk moet er nog een Barbertje hangen. De raad van commissarissen is al weg. Gijs de Jong bungelt ergens. Nou die Van Praag nog.'

Champions League
Ander kritiekpunt is de wijziging van de ticketverdeling in de Champions League, die nadelig uitvalt voor de Eredivisie. Als vice-voorzitter van de UEFA wordt Van Praag daarvoor medeverantwoordelijk gehouden. 'Een maand geleden heb ik al gevraagd aan Jacco Swart (directeur Eredivisie CV, red.) of ik bij de laatste vergadering van de ECV mocht komen om de ontwikkelingen in de Champions League uit te leggen. Want daar worden mij werkzaamheden toegedicht die ik helemaal niet heb gedaan. Ik heb helemaal niet onderhandeld over de nieuwe opzet voor de periode 2018 tot 2021', vertelde Van Praag.

'Het enige wat ik heb gedaan is twee keer naar Karl-Heinz Rummenigge gaan om hem die Super League uit zijn hoofd te praten. Dat was een concrete dreiging die we hebben kunnen afwenden. Toen was er een basis voor een nieuwe onderhandeling, die is verder helemaal door het management van de UEFA gedaan. Toen ik uiteindelijk hoorde wat er zou gaan gebeuren, heb ik ook nog verzocht om het besluit uit te stellen.'

Ook leefde bij de clubs het beeld dat Van Praag tijdens de Zeister crisis vooral bezig was met zijn UEFA-campagne. 'Natuurlijk ben ik veel op reis geweest. Maar elke dag stond ik in contact met de KNVB, voortdurend had ik overleg met de directie. Naar buiten is dat niet zichtbaar, maar het gebeurt wel. Met de kritiek ben ik het dan ook niet eens. Dat is een verschil van inzicht, dat mag.'

Niet netjes
Vooral de wijze waarop hij werd toegesproken, was volgens Van Praag schofferend. 'Wat er allemaal gezegd is, ga ik niet herhalen. Kritiek kan ik hebben, maar de manier waarop was niet netjes. Het was hakken en zagen. Niet van iedereen, moet ik er wel bij zeggen. Er was ook iemand die zei dat hij niet had verwacht dat op deze wijze met mensen werd omgegaan. Ik ga dat met de heren uitpraten. We moeten verder.'

Van Praag heeft zijn herverkiezing vooral te danken aan de amateurtak, die wel collectief vertrouwen uitsprak. De KNVB-voorman spreekt echter niet van een vertrouwensbreuk met de profs. 'Dat was zo geweest wanneer clubs tegen mij hadden gestemd. Dan had ik me nog eens achter de oren gekrabd. Ik zie dit als een wake up call voor mij en de KNVB.'