Villarreal komt razendsnel bovendrijven na rampseizoen
Door een 2-1 overwinning op Espanyol klom Villarreal donderdagavond naar de vierde plaats van de Primera División, waarmee het na zes duels de beste Spaanse promovendus sinds de eeuwwisseling is. Door de goede start is het alsof Villarreal nooit is weggeweest van het hoogste niveau.
Dat was het echter wel degelijk. Op 13 mei 2012 degradeerde de club uit de provincie Castellón op brute wijze uit de Primera División. Met nog één duel te spelen stond Villarreal zestiende op de ranglijst. Veilig was El Submarino Amarillo niet, maar er was een bijzonder onrealistische samenloop van omstandigheden nodig om de gele onderzeeër tot zinken te brengen. Rayo Vallecano (zeventiende) en Real Zaragoza (achttiende) moesten winnen van respectievelijk Granada en Getafe, terwijl Villarreal thuis zou moeten verliezen van Atlético Madrid.
Hoewel Zaragoza op weg was naar een comfortabele zege bij Getafe, was er op de 38ste speeldag lang geen vuiltje aan de lucht voor Villarreal. In de 88ste minuut werd het toch nog spannend, toen Villarreal door een goal van Atlético-spits Radamel Falcao op achterstand kwam. Nog steeds was er niets aan de hand. Nog niet, totdat Raúl Tamudo in de blessuretijd de 1-0 voor Rayo tegen Granada maakte. Daarmee voltrok zich het onmogelijk geachte doemscenario voor Villarreal. De club die in 2006 nog in de halve finale van de Champions League had bereikt, daalde af naar de anonimiteit van de Segunda División.
De onderzeeër werd razendsnel opgelapt en Villarreal knokte zich vorig seizoen met een tweede plaats in de Segunda direct terug naar het hoogste niveau, waarin het met veertien punten uit zes duels fantastisch is begonnen. In het knusse Stadio El Madrigal (capaciteit 22.000 toeschouwers) laat Villarreal verloren gewaande tijden herleven, zoals op 14 september, toen het met 2-2 gelijkspeelde tegen het grote Real Madrid.
De manier waarop Villarreal weer komt bovendrijven is karakteristiek voor de manier waarop de club eerder deze eeuw aan zijn opmars in het Spaanse voetbal begon. Sinds de terugkeer in de Primera División maakt het indruk met hetzelfde frisse en vloeiende combinatievoetbal waarmee het zich tussen 2004 en 2011 geregeld bij de beste vier van Spanje schaarde.
Door de uitstekende resultaten van dit seizoen mag Villarreal zich zelfs de beste promovendus sinds de eeuwwisseling noemen. Geen enkele nieuwkomer in de Primera División pakte in zijn eerste zes wedstrijden zoveel punten als Villarreal deze jaargang tot deed. De club neemt dat record over van Real Betis, dat in 2001 dertien punten vergaarde in zes wedstrijden.
Ondanks de ongeslagen status van zijn ploeg en hosannastemming in de stad, blijft trainer Marcelino Garcia Toral reëel. 'We moeten ten koste van alles zien te overleven dit seizoen. Lijfsbehoud is het belangrijkste. Pas als we 42 punten hebben vergaard, durf ik me te ontspannen.' Met die bescheidenheid doet de kapitein zijn Gele Onderzeeër eigenlijk tekort. (Reon Boeringa)