Ware trainersleegloop dreigt in de Eredivisie

Deze winter zijn het niet alleen de spelerscontracten die stevig onder de loep worden genomen. Bij tien van de achttien Eredivisie-clubs moet de technisch directeur of technisch manager ook kritisch kijken naar het contract van de hoofdtrainer. Gebeurt er niks, dan moeten er volgend jaar zomer tien nieuwe hoofdtrainers worden aangesteld.

John van den Brom, maar ook Henk Fraser en Erwin van de Looi; allemaal beschikken ze over een contract dat in de zomer van 2018 afloopt. Deze winter moeten clubs én trainers gaan bepalen of ze nog een jaar met elkaar doorwillen. Volgens Gerard Marsman, directeur Coaches Betaald Voetbal, is dat hoe de markt op dit moment werkt.

'De tijden zijn veranderd. Vroeger kwam een trainer bij een club en tekende hij direct voor drie jaar of langer. Nu is dat vaak maar één jaar. Clubs weten dondersgoed wat de gevolgen zijn als ze een trainer voor drie jaar binden en na één jaar op elkaar zijn uitgekeken. De trend is dat er steeds sneller van trainer wordt gewisseld, al is meermaals aangetoond dat het ontslag van een trainer zelden effect heeft.'

De vaderlandse trainers zitten in de wachtkamer, al hebben ze daar volgens Marsman geen moeite mee. 'Trainers hebben steeds minder moeite met korte contracten. Ze kennen de markt en tegelijkertijd geeft het ze ook wat meer bewegingsvrijheid. Bovendien is voor elke trainer de situatie anders: waar de één maar voor een seizoen tekent, verlengt de ander elke winter zijn contact bewust met een jaar. We kunnen dan ook niet alle situaties met elkaar vergelijken.'

Zo wordt het contract van Stijn Vreven (NAC Breda) automatisch verlengd bij handhaving en tekende Robert Molenaar bij Roda JC een contract voor één seizoen met de optie voor nog een jaar.

Bosz
Intussen hebben de Nederlandse trainers het over de landsgrenzen moeilijk. Afgelopen week nog werden Peter Bosz én Albert Stuivenberg aan de kant geschoven. Is Marsman niet bang voor een devaluatie van de Nederlandse oefenmeester?

'Dat niet. Zolang ik hier zit zijn er golfbewegingen geweest. Dan is de Nederlandse trainer weer heel populair en dan worden er in korte tijd meerdere trainers op straat gezet. Het is niet zo dat we opeens slechte trainers afleveren. Trainers als Peter en Albert hebben eerder al bewezen goed te zijn in hun vak. Kunnen ze er nu opeens niks meer van? Dat geloof ik niet. Hetzelfde geldt voor een trainer als Ronald Koeman.'

Marsman gebruikt het voorbeeld van de bij Borussia Dortmund ontslagen Bosz om de huidige trainerswereld te duiden. 'Zijn opvolger is Peter Stöger. Onlangs werd hij nog ontslagen bij 1. FC Köln. De laatste jaren deed hij het geweldig, nu werd hij ontslagen. Dortmund heeft niet gekeken naar zijn laatste periode maar naar wat hij daarvoor heeft gepresteerd. Zolang de deskundigen dat soort beslissingen maken, komt het wel goed. Er zijn genoeg talentvolle, Nederlandse trainers.'

De directeur van de CBV denkt dat het op de langere termijn dus wel weer goed komt met het vaderlandse trainersgilde. Al mogen we niet op onze lauweren rusten. 'Wel moeten we goed naar onze opleiding blijven kijken. We moeten ons constant blijven ontwikkelen om zo de aansluiting met de Europese top te behouden.'

• Meer over

• Eredivisie 2017/2018