Zo vader, zo zoon: deze spelers gingen Kluivert voor

Koeman

Vader: Martin Koeman (1 interland)
Zoons: Erwin Koeman (31 interlands), Ronald Koeman (78 interlands)

Een van de zoons die ooit zijn vader volgde bij Oranje was de huidige bondscoach, Ronald Koeman. Vader Martin speelde op 12 april 1964 zijn eerste en enige wedstrijd voor het Nederlands elftal door als invaller voor Piet Kruiver zeventien minuten mee te doen tegen Oostenrijk (1-1). Negentien jaar later debuteerden zijn zoons Erwin en Ronald in de oefeninterland tegen Zweden (0-3 nederlaag).

Berghuis

Vader: Frank Berghuis (1 interland)
Zoon: Steven Berghuis (11 interlands)

De Jong

Vader: Jerry de Jong (3 interlands)
Zoon: Nigel de Jong (81 interlands)

Vader Jerry de Jong kwam in 1990 en 1991 als speler van PSV tot drie interlands onder bondscoach Rinus Michels. De verdediger deed negentig minuten mee in de EK-kwalificatieduels met Griekenland (2-0), Malta (8-0) en Finland (2-0). Dertien jaar na zijn laatste wedstrijd volgde zoon Nigel, die debuteerde met een invalbeurt tegen Frankrijk en vervolgens nog tachtig caps achter zijn naam zou zetten.

Everse

Vader: Jan Everse (3 interlands)
Zoon: Jan Everse jr. (2 interlands)

Blind

Vader: Danny Blind (42 interlands)
Zoon: Daley Blind (52 interlands)

Een van de meest recente voorbeelden zijn Danny en Daley Blind. Al helemaal omdat vader Danny nog niet zo lang geleden zoon Daley onder zijn hoede had bij Oranje in zijn tijd als bondscoach. Inmiddels heeft de 28-jarige Daley zijn vader al ruimschoots ingehaald qua aantal interlands. Vijf jaar geleden liet Louis van Gaal Daley debuteren in de oefeninterland tegen Italië (1-1).

Van der Gijp

Vader: Wim van der Gijp (1 interland)
Zoon: René van der Gijp (15 interlands)

Mulder

Vader: Jan Mulder (5 interlands)
Zoon: Youri Mulder (9 interlands)

Cruijff

Vader: Johan Cruijff (48 interlands)
Zoon: Jordi Cruijff (9 interlands)

De druk op en de verwachtingen rond een 'zoon van' waren in Nederland waarschijnlijk nog nooit zo hoog geweest als bij Jordi Cruijff, die in de voetsporen van de legendarische Johan trad door op 24 april 1996 te debuteren tegen Duitsland (0-1 verlies) onder bondscoach Guus Hiddink. Jordi ging echter zijn eigen weg en speelde dat jaar negen keer voor Oranje, maar dat waren achteraf gezien ook zijn enige interlands.