Nieuwe trainer, andere speelstijl, veelbelovende talenten, extra impulsen op de transfermarkt en Europeese succes. Het was voor Marc Overmars (44) als directeur spelersbeleid van Ajax een bijzonder voetbaljaar. Hij spreekt zich uit over het verleden, het heden en de toekomst.
Wederopstanding
Natuurlijk waren ook zij in de afgelopen maanden geregeld blij en enthousiast. Edwin van der Sar, Marc Overmars en Dennis Bergkamp. Het drietal genoot in de tweede seizoenshelft van de euforie rond Ajax. De waardering voor het spel en de prestaties was overal hoorbaar. Vanuit binnen- en buitenland spraken mensen eindelijk weer vol lof over de Amsterdammers. Toch weigerden de drie voormalige topspelers door te slaan in alle superlatieven. Wetende dat succes uiteindelijk moet leiden tot prijzen. Het was een duidelijke boodschap die ze intern geregeld verkondigden: Ajax is op de goede weg, maar van een voldaan gevoel mag geen sprake zijn.
De Europa League-finale in Stockholm gaf dat ook weer. Ajax had de gunfactor, de bal en het talent, Manchester United de kracht, vastberadenheid en superioriteit. Met de prijs als resultaat. De teleurstelling was groot bij de Amsterdammers. Toch kan Ajax en zeker ook Overmars met een trots gevoel terugkijken op een imponerend internationaal seizoen. ‘Je merkt dat ons succes in Europa veel teweegbrengt, dat is bijzonder’, stelt de directeur spelersbeleid vast. ‘Door onze prestaties wordt er weer naar ons gekeken.’
Vergeleken met 1995 sta ik er nu veel meer bij stil hoe bijzonder het is in Europa te presteren
Hoe uitte zich dat vooral?
‘In de weken voor de finale stond Ajax weer vol in de spotlights. Daarbij merkten we veelal een mix van waardering en verbazing: Hoe kan dat toch? Een team met een voetbalbegroting van 21 miljoen euro, te midden van al het geweld van de rijke grootmachten in Europa? Dat gevoel heerste overal en is een compliment voor Ajax en het Nederlandse voetbal.’
Niemand hield het meer voor mogelijk.
‘Vooral in de huidige tijd hadden weinig mensen er meer geloof in. We zitten toch in het verdomhoekje als voetballand. Op een gegeven moment leek alles wel slecht, en dan opeens: poef, komt er iets bijzonders tot stand. Of het eenmalig is of niet, we hebben met Ajax weer zoveel punten binnengehaald voor het Nederlandse voetbal. En de beeldvorming is opeens veranderd, over de grens praten ze weer over Nederland. Dat merk je in allerlei zaken, ook in kleine dingen. Zoals de toenadering van agenten en zaakwaarnemers. Door het succes beseffen ze allemaal: Daar moeten we onze talenten zien te krijgen. Dat gebeurt ook vanuit de spelers zelf. Vorige week las ik dat Frenkie de Jong zei: “Ik raad elk talent aan naar Ajax te gaan”. Dat is mooi.’