Ook dit seizoen lijkt voor Roda JC een beproeving te worden. Technisch directeur Harm van Veldhoven pleit ondanks de penibele plek op de ranglijst voor rust. Trainer Robert Molenaar worstelt met een erfenis, maar luistert nu wel naar zijn spelers.
Het is de derde week van september, Roda JC verkeert alweer in crisissferen en in Kerkrade steekt het Arie Eikelenboom-syndroom de kop op. Het treft supporters die nog weten hoe de plaatselijke trots in 2003 het bekertoernooi moest verlaten na een rollertje van een houterige amateurspits van Baronie. Veertien jaar later neemt Roda het op tegen Capelle, middenmoter in de Derde Divisie. Normaal gesproken een formaliteit voor een Eredivisionist, maar een beladen karwei voor een ploeg die de eerste vijf competitieduels nog geen punt wist te pakken. Of, in de woorden van trainer Robert Molenaar ‘een bananenschil’. In de spelersgroep wordt geduimd: als die amateurs maar niet toevallig op voorsprong komen.
Het totale gebrek aan vertrouwen bij Roda JC kwam pijnlijk tot uiting in de met 1-3 verloren wedstrijd tegen Willem II, dat in Kerkrade de eigen sores zag verdwijnen als drank in de buurt van Wayne Rooney. De Tilburgers waanden zich voor één avond Barcelona, met dank aan de gapende weilanden tussen de linies van Roda. Fans van de thuisploeg kregen spontaan heimwee naar het betonvoetbal onder Darije Kalezic en Yannis Anastasiou, twee van de liefst zeven andere trainers die het sinds de zomer van 2012 mochten proberen in het Parkstad Limburg Stadion.
Robert Molenaar was meteen na zijn aanstelling duidelijk: hij wil bij de club een andere manier van voetballen introduceren. Modern, dynamisch, aanvallend, het vizier naar voren. Ongeveer dezelfde ambitie die Anastasiou een jaar eerder uitsprak. De Griek zag zijn ploeg een wedstrijdje of acht het ene na het andere doelpunt lekken en besloot – op advies van Sef Vergoossen – de boel grondig dicht te timmeren. Daarmee kon hij niet voorkomen dat zijn kwaliteitsarme elftal alsnog afstevende op degradatie via de play-offs. De hulp van crisismanager Huub Stevens was nodig om Roda voor de Eredivisie te behouden.
Alles moest anders, riep Kerkrade in koor. Harm van Veldhoven mocht als technisch directeur de puinhopen van zijn voorganger Ton Caanen opruimen. Zijn eerste taak was de aanstelling van een nieuwe hoofdcoach. Kandidaten stonden niet te dringen voor een baan bij de club met Zuid-Europees trainersverloop, lege clubkas, gammele spelersgroep en abonnement op chaos in de bestuurskamer. Van Veldhoven kwam verrassend uit bij Molenaar, die hij als td van FC Eindhoven bezig had gezien bij FC Volendam. De Nederbelg was onder de indruk geraakt van het spel van die ploeg en van de manier waarop de verantwoordelijke man zich presenteerde. Correct, stabiel, duidelijk. Geen poespas. Dat Molenaar eerder alleen als assistent-trainer had gewerkt in de Eredivisie – bij NEC en Excelsior – was voor Van Veldhoven geen obstakel. ‘Ik hoop dat Robert hier twee of drie jaar werkt en daarna de stap maakt naar de topzes. Daar heeft hij de capaciteiten voor’, zei de technisch directeur nog voor de competitiestart.