Op de ranglijst jaagt Ajax op Feyenoord. Op het veld zal dat zondag in De Kuip andersom zijn. Geen ploeg scoort namelijk zo vaak uit drukmomenten rond de vijandelijke zestien als Feyenoord.
‘Goede pressing is effectiever dan de beste spelmaker ter wereld.’ Met deze oneliner vatte Jürgen Klopp jaren geleden zijn filosofie samen. In een tijd waarin de counters van José Mourinho en het positiespel van Pep Guardiola het topvoetbal verdeelden, lanceerde Klopp een derde weg. Hij geloofde niet in afwachten, maar voelde evenmin veel voor eindeloos getik. ‘Dat is als een orkest, maar het is een rustig lied. Ik houd meer van heavy metal. Ik wil lawaai.’
Met die metafoor beschreef de huidige Liverpool-manager zijn ideale speelstijl. Hij wilde druk zetten op de helft van de tegenstander. In de buurt van het vijandelijke doel veroveren en dan zo snel mogelijk toewerken naar een schot. Omdat tegenstanders in de eerste paar tellen na balverlies vaak slecht georganiseerd zijn. Dat gedachtegoed paste perfect bij volksclubs als Borussia Dortmund en Liverpool.