Met smaakmakers als Ivan Rakitic (Barcelona) en Luka Modric (Real Madrid) heeft Kroatië al jaren een ploeg die op papier mee kan strijden om de hoofdprijzen. In de praktijk stelde het elftal echter keer op keer teleur. Tot dit WK waarop een bondscoach die naam heeft gemaakt in het Midden-Oosten de Kroatische puzzel ineens in elkaar legt.
Gezien de kwaliteit van de selectie van Kroatië valt het haast niet voor te stellen dat dit team in november 2017 nog een totale puinhoop was. Onder bondscoach Ante Cacic verloor de ploeg achtereenvolgens van IJsland (1-0) en Turkije (1-0), om daarna thuis gelijk te spelen tegen Finland (1-1). Plots was op de slotdag een overwinning in Oekraïne nodig om zicht te houden op Rusland. De Kroatische voetbalbond besloot drie dagen voor dit sleutelduel tot een riskante gok: Cacic werd ontslagen en Zlatko Dalic (51) werd op interim-basis zijn vervanger. In die onmogelijke omstandigheden toonde Dalic direct zijn grootste kracht: hij vormt zich ogenschijnlijk moeiteloos naar zijn omgeving.