Ronald Koeman ervaart met het Nederlands elftal dezelfde uitdagingen als Louis van Gaal in aanloop naar het WK 2014. Aan de hand van uitspraken van de voormalige bondscoach tijdens de boekpresentatie van 'De hand van Van Gaal' en beelden van de oefeninterland van Oranje tegen Slowakije (1-1) behandelen we de details die van belang zijn voor het succesvol uitvoeren van de 5-3-2-formatie. 'Het is schandalig dat dit een defensief systeem genoemd wordt.'
De vierhonderd aanwezigen in het volgestroomde Compagnietheater in Amsterdam houden donderdagavond even hun adem in. Presentator Wilfried de Jong heeft zojuist aan Louis van Gaal gevraagd wat hij ervan vindt dat Ronald Koeman net als hij in 2014 kiest voor een systeem met drie verdedigers. De 66-jarige trainer laat een stilte van een paar seconden vallen en zegt dan met een afgemeten blik: 'Ik heb met hem gesproken.' Uit de zaal klinkt gelach. Van Gaal zegt het niet met zoveel woorden, maar hij laat graag de suggestie open dat Koeman wellicht door hem geïnspireerd is.
Van Gaal rakelt daarmee een discussie op die leeft sinds hij op 13 februari 2014 samen met Robin van Persie de topper tussen Feyenoord en PSV heeft bekeken. De door Koeman gecoachte Rotterdammers winnen de topper met 2-0 vanuit een systeem met drie centrale verdedigers, twee backs die de hele flank bestrijken, drie middenvelders en twee spitsen. Heeft Van Gaal daar met Van Persie zijn succesvolle WK-tactiek afgekeken? Tijdens het vraaggesprek met De Jong geeft de tacticus een andere lezing, waarbij hij wijst op een van de drie elementen die van belang zijn bij een dergelijke systeemwissel.