De finaleplaats van Liverpool kondigt een trendbreuk aan in de Champions League. De aanval loont meer dan ooit in het miljardenbal. Hoe Jürgen Klopp bewees dat er meer dan één antwoord mogelijk is op het Spaanse combinatiespel dat jarenlang het Europese topvoetbal domineerde.
In het seizoen 2005/06 verandert de Champions League meer dan ooit in een schaakspel op het voetbalveld. In de vier halve finale-wedstrijden worden precies twee doelpunten gemaakt. Over de hele jaargang ligt het gemiddeld aantal treffers per duel op 2.28, een benadering van het laagterecord in het seizoen 1992/93. Het succes van Italiaanse teams en defensieve coaches als Rafa Benítez (Liverpool) en José Mourinho (FC Porto, later Internazionale) krijgt massaal navolging. In die periode groeit het geloof dat het neerzetten van een verdedigende organisatie en het loeren op de counter de beste manier is om in Europese wedstrijden succes te boeken.
Doelpunten in Champions League
Seizoen | Goals | Duels | Gemiddelde |
---|---|---|---|
2005/06 | 285 | 125 | 2,28 |
2006/07 | 309 | 125 | 2,47 |
2007/08 | 330 | 125 | 2,64 |
2008/09 | 329 | 125 | 2,63 |
2009/10 | 320 | 125 | 2,56 |
2010/11 | 355 | 125 | 2,84 |
2011/12 | 345 | 125 | 2,76 |
2012/13 | 368 | 125 | 2,94 |
2013/14 | 362 | 125 | 2,90 |
2014/15 | 361 | 125 | 2,89 |
2015/16 | 347 | 125 | 2,78 |
2016/17 | 380 | 125 | 3,04 |
2017/18 | 397 | 124 | 3,20 |
Twaalf jaar later zegeviert het aanvallende voetbal meer dan ooit. Een trend die natuurlijk start met het succes van Barcelona. Tussen 2006 en 2015 pakken de Catalanen vier keer de belangrijkste prijs in het Europese clubvoetbal met oogverblindend combinatiespel. Ook dat type spel krijgt door de overwinningen navolging. Pep Guardiola probeert dat als trainer zelf bij Bayern München en Manchester City, maar ook andere teams volgen de trend. Wanneer Barcelona in 2011 de Champions League wint, zijn zij een van de drie elftallen in het miljardenbal die per wedstrijd meer dan vijfhonderd korte passes versturen. In de huidige jaargang zijn dat er tien.
In de eerste jaren lijkt massaal ingraven het enige antwoord op het getik van Barcelona en consorten. Internazionale en Chelsea brengen zo de tiki-taka-draaimolen tot stilstand. De uitdrukking 'parkeer de bus' groeit uit tot een begrip en dreigt een voetbalwapenwedloop op gang te brengen. De meest kapitaalkrachtige clubs zoeken steeds nieuwe manieren om via balbezit succes te boeken. Tegenstanders reageren door steeds effectiever te verdedigen. Atlético Madrid maakt daar onder Diego Simeone een kunst van door met een zoneverdediging in een 4-4-2 de ruimtes waanzinnig klein te maken rond het eigen strafschopgebied. Duitsland bewijst in het seizoen 2012/13 dat een derde weg mogelijk is als antwoord op het Spaanse combinatiespel, waarmee de kiem gelegd wordt voor het ongekende spektakel waarop de voetbalfans nu getrakteerd worden.