Met slechts negentien doelpunten kroonden Anastasios Douvikas en Xavi Simons zich afgelopen seizoen tot topscorers van de Eredivisie. Het wierp de vraag op waar de échte topschutters zijn gebleven. Dit jaar lijkt alles anders, en staat Santiago Giménez al na zeven speelronden op tien goals. Hoe kan het dat de spitsen veel beter presteren?
Op de laatste dag van september schoot Feyenoord-spits Santiago Giménez zich al in dubbele cijfers. Zijn treffer in het duel met Go Ahead Eagles van afgelopen weekend was nummer tien van het seizoen. Daarmee is de Mexicaan al over de helft van het aantal doelpunten waarmee Anastasios Douvikas en Xavi Simons vorig jaar de topscorerstitel pakten (negentien goals).
En het is niet alleen Giménez die geweldig aan het seizoen begonnen is. Ook AZ-aanvaller Vangelis Pavlidis is uit de startblokken geschoten. De Griek vond in de eerste zeven speelronden steeds minimaal één keer het net, en doet met negen doelpunten niet veel onder voor Giménez.
Dat is een wereld van verschil met afgelopen jaar, toen Douvikas pas eind januari – tijdens speelronde 19 – als eerste speler de dubbele cijfers haalde. Het leverde zelfs een negatief Eredivisie-record op, want nooit eerder duurde het zo lang om tot tien doelpunten te komen.
