Ondanks het bereiken van het hoofdtoernooi van de Champions League door PSV en Ajax dreigt voor ons land wederom een teleurstellend Europees seizoen. Dat Nederlandse clubs vaak al vóór de herfst uitgeschakeld zijn, valt lastig los te zien van het grote verloop in de selecties. Hoe de succesformule van een opleidingsland pur sang uitgewerkt dreigt te raken.
Op 1 september trekt Ajax de aandacht via een ludiek filmpje met directeur voetbalzaken Marc Overmars. Als de klok twaalf uur slaat en de transfermarkt is gesloten, kijkt Overmars in het duister op zijn weggelegde telefoon en ziet dat hij gemiste oproepen heeft van bijna alle topclubs. Gewoon niemand meer laten gaan na Justin Kluivert, luidt de onderliggende boodschap. Desnoods door te zorgen dat je onbereikbaar bent. Zo hou je Matthijs de Ligt, Frenkie de Jong en Hakim Ziyech in Amsterdam.
Het beeld van de onbereikbare Overmars correspondeert met het plaatje dat het Nederlandse voetbal van zichzelf heeft: opleidingsland tegen de klippen op. Misschien hebben de Eredivisie-clubs niet het geld van de concurrentie in Duitsland, Engeland, Frankrijk, Italië of Spanje, maar hier wordt nog steeds beleid gemaakt. Jonge voetballers worden ontwikkeld met een duidelijke visie, waardoor elftallen beter worden. In deze ideale wereld zijn Eredivisie-teams als het Chinese leger en staat het nieuwe talent alweer klaar als de grote ster vertrekt.
De realiteit correspondeert ieder jaar minder met dit beeld. Neem bijvoorbeeld Excelsior, dat in de publieke perceptie de modelclub van rust en regelmaat is. Na de verdienstelijke elfde plaats van vorig seizoen raken de Kralingers trainer Mitchell van der Gaag kwijt aan NAC Breda. Van de zestien spelers die de meeste Eredivisie-minuten hebben gemaakt in het succesvolle jaar, zijn er elf vertrokken als Van der Gaags opvolger Adrie Poldervaart aan de voorbereiding begint. De nieuwe spits, de IJslander Elías Már Ómarsson, arriveert een dag voor de competitiestart, tegen Fortuna Sittard. De van Tottenham Hotspur gehuurde rechtsbuiten Marcus Edwards en routinier Mounir El Hamdaoui sluiten nog veel later aan. Gezien deze context is het geen wonder dat Excelsior in de eerste zes duels slechts zes punten verzamelt.
Het verloop in selecties begint alarmerende vormen aan te nemen
Deze chaotische start heeft nog veel meer gevolgen voor teams die meedoen aan kwalificatiewedstrijden voor Europese toernooien. Dit seizoen zijn AZ, Feyenoord en Vitesse nog voor het einde van de zomer uitgeschakeld in de Europa League. De Alkmaarders treden tegen Kairat Almady aan zonder Alireza Jahanbakhsh en Wout Weghorst, die in de vorige jaargang respectievelijk topscorer en aanvoerder waren van het elftal van trainer John van den Brom. Feyenoord verliest van AS Trencín zonder de vertrokken Karim El Ahmadi, die zowel captain als de speler met de meeste Eredivisie-minuten achter zijn naam was. Diezelfde wapenfeiten gelden voor Guram Kashia, die net als verdedigingspartner Matt Miazga en spelmaker Mason Mount afgelopen zomer Vitesse achter zich heeft gelaten. Met bovendien een nieuwe trainer in de dug-out en vijf nieuwe spelers op het veld worden de Arnhemmers uitgeschakeld door FC Basel. Het typeert de nieuwe Eredivisie-realiteit: iedere zomer wordt het fundament onder een elftal weggeslagen en moet vanaf nul worden gebouwd aan een team.
Dat technisch beleid voeren in Nederland door de financiële achterstand op toplanden lastig is, valt op zichzelf geen nieuws te noemen. Uit cijfers blijkt echter dat het verloop in selecties alarmerende vormen begint aan te nemen. Een nadere blik op de alarmerende situatie, de gevolgen voor de status van Nederland als opleidingsland en denkrichtingen voor mogelijke oplossingen.