Lang leek Arsenal te verhinderen dat Manchester City voor de derde keer op rij kampioen werd. Tot een achttienjarige talent uit de eigen opleiding de tactische variant aanreikte waar Pep Guardiola naar op zoek was.
Écht voetbal werkt niet als een computerspelletje. In FIFA of Football Manager was het inpassen van Erling Haaland een eitje geweest. Voeg een absolute topschutter toe aan het beste elftal van Engeland en zie daar: een onverslaanbaar superteam. Dat bleek niet de realiteit voor Pep Guardiola. Hoewel Haaland meteen als een bezetene begon te scoren, werd Manchester City niet beter. Integendeel. Toen The Citizens vlak voor het ingaan van de WK-break in eigen huis met 2-1 verslagen werden door Brentford, bekende Guardiola dat het beste team gewonnen had. Dat puntenverlies stond niet op zichzelf. Newcastle United (3-3), Aston Villa (1-1) en Liverpool (1-0) hadden Manchester City daarvoor al pijn gedaan met effectief countervoetbal.