Thuis tegen FC Twente lukte het Feyenoord opnieuw niet om balbezit te vertalen naar het scorebord. Het doelpuntloze gelijkspel tegen de Tukkers bevestigde het grootste probleem van Arne Slot: zijn elftal is vleugellam.
Vrijdagavond schakelde Arne Slot in voor Tottenham Hotspur – Manchester City. De trainer van Feyenoord zag twee teams die zijn voetbalhart sneller deden kloppen. Ange Postecoglou en Pep Guardiola speelden via tactische principes die in De Kuip herkenbaar voorkomen: hoge druk, extra spelers op het middenveld creëren en verzorgd opbouwen. Met enige jaloezie zag Slot hoe Guardiola de wedstrijd in de slotfase naar zich toetrok. De Catalaan haalde spelmaker Kevin De Bruyne en dribbelaar Jerémy Doku van de bank. Uit een hoekschop van De Bruyne frommelde Nathan Aké vlak voor tijd het enige doelpunt van de wedstrijd binnen. Dat lukte Feyenoord niet tegen FC Twente. Uit negen corners werd de thuisploeg nauwelijks gevaarlijk. Weer geen makkelijke doelpunten voor de regerend kampioen. Slot herhaalde daarom nog maar eens de analyse die hij dit seizoen al zo vaak losliet op een wedstrijd met puntenverlies: ‘Meerdere wapens om tot goals te komen dan een vlot lopende aanval. Dat zou lekker zijn.’
De keuzes van Slot zelf leken op het eerste oog niet gericht op het toevoegen van creativiteit. Woensdag kreeg hij complimenten voor de keuze om verdediger Bart Nieuwkoop rechts voorin te zetten, om op die manier Sergiño Dest te bestrijden. Slot zag Feyenoord met 1-0 winnen van PSV en besloot dat experiment te herhalen. Met Gijs Smal moesten de Rotterdammers opnieuw een opkomende linksachter bedwingen. Bovendien genoot de trainer van de diepgang zonder bal en het fanatisme dat Nieuwkoop toevoegde aan zijn elftal. Zijn analyse was dat Feyenoord die specifieke kwaliteiten goed kon gebruiken tegen Twente.