Toen de komst van Walter Benítez naar PSV werd aangekondigd, snelden zijn superstatistieken hem vooruit. Cijfermatig was de Argentijn afgelopen seizoen een van de beste keepers in de Europese top. Die feiten vertellen dat Benítez een topjaar achter de rug heeft. Maar of hij dat kunstje kan herhalen bij PSV, valt op basis van data niet te zeggen.
Voorspellen is moeilijk, zeker als het over keepers in de toekomst gaat. In de datarevolutie van het voetbal blijken goalies een van de ingewikkeldste puzzelstukjes. Hun prestaties beoordelen met cijfers is complex. De meest basale statistieken – zoals reddingen en reddingspercentages – zeggen betrekkelijk weinig over de kwaliteit van een doelman. Afgelopen jaar was Guglielmo Vicario van Empoli bijvoorbeeld de man in de Europese top met de meeste reddingen en noteerde Mike Maignan van AC Milan het hoogste reddingspercentage. Toch zijn dit niet per definitie de beste keepers ter wereld. Dit soort statistieken zeggen namelijk minstens zoveel over de stijl van hun team als over henzelf. De doelmannen die bovenaan dit soort listjes staan, spelen doorgaans in elftallen die op eigen helft gegroepeerd kunnen verdedigen en zo de kwaliteit van doelpogingen laag houden. In tegenstelling tot teams als Manchester City en Bayern München, die weinig schoten tegen krijgen, maar wél van hoge kwaliteit.
Meer geavanceerde statistieken filteren deze ruis weg. Het verschil tussen Expected Goals on target (uitgebreide uitleg is hier te vinden) en daadwerkelijke tegendoelpunten is de meest moderne maatstaf om goalies te beoordelen. Deze Expected Goals on target bevat een combinatie van de kwaliteit van de locatie van de doelpoging en de eindlocatie van het schot tussen de palen.
Bij bovenstaande doelpoging van Daishawn Redan in de laatste speelronde van het seizoen kijken dataleveranciers als Opta dus naar de locatie als eerste indicator. In dit geval is dat dus de rand van het vijfmetergebied. Aangezien de PEC Zwolle-spits ongedekt staat, krijgt dit schot daarnaast de indicator grote kans mee. Waardoor de Expected Goals-waarde extra de lucht in schiet.
De tweede indicator is de positie in het doel waarin de bal terechtkomt. In dit geval dus halfhoog en behoorlijk richting de hoek. De combinatie van de locatie en de plek waar de bal op doel eindigt, zorgt dat deze poging een Expected Goals on target-waarde krijgt van 0,54. Het datamodel schat op basis van historie dus dat in 54 procent van de gevallen een soortgelijk schot een goal oplevert. Met zijn reflex voorkomt Yvon Mvogo hier dus 0,54 doelpunt.
Tel dit over een heel seizoen op en je krijgt een goed beeld van de prestaties van een doelman.
Van alle keepers in de vijf grote Europese competities heeft alleen José Sá (8,7) afgelopen seizoen meer doelpunten voorkomen op basis van Opta's xGOT-model dan Walter Benítez (7,1). pic.twitter.com/HPzIgZQvfJ
— Bart Frouws (@bartf) June 18, 2022
Op basis van deze geavanceerde statistiek blijkt dus dat Walter Benítez afgelopen jaargang 7,1 doelpunten voorkomen heeft namens OGC Nice. Alleen leert de recente historie dat zelfs dit datamodel beperkte garanties geeft richting de nabije toekomst.