Na het mislopen van Europees voetbal tegen het nietige Osijek schoot PSV dit seizoen in de Eredivisie uit de startblokken. De ploeg van Phillip Cocu won liefst dertien van de eerste veertien wedstrijden, alleen van SC Heerenveen werd verloren. Met een, zeker in het begin, ontketende Hirving Lozano scoort PSV gemiddeld bijna drie keer per duel. Vooral in de counter waren de Eindhovenaren steeds zeer gevaarlijk en succesvol. Door miskleunen van de concurrentie was de voorsprong van PSV na die veertien duels tien punten op Ajax en liefst veertien punten op kampioen Feyenoord. VI’s winterrapport van alle PSV'ers.
Zo goed als dat het lijkt, is het niet. Cocu is de eerste die dat beseft en dat ook steeds herhaalt. De pijnlijke 3-0 nederlaag in De Arena tegen Ajax legde nog meer bloot wat in de reeks wedstrijden voor dat duel (PEC Zwolle, Excelsior, Sparta Rotterdam) al steeds zichtbaarder werd. PSV heeft moeite het spel te maken en is aan de bal simpelweg nog niet goed genoeg. Dat de club op dat vlak in de eerste seizoenshelft te weinig progressie heeft geboekt is evident.
Als we de cijfers van de eerste seizoenshelft bestuderen, zien we dat PSV in wedstrijden gemiddeld minder dan de helft van de tijd de bal heeft. Het staat daarmee op de achtste plaats. Nou is balbezit al lang niet heilig meer en een snelle, goede omschakeling van balverlies naar balbezit is een steeds belangrijker aspect in het moderne voetbal geworden. Dat onderdeel beheerst PSV goed. Maar van de koploper in de Eredivisie mag aan de bal meer worden verwacht dan dat het in de eerste helft van het seizoen heeft laten zien.