Pep Guardiola lijkt bij Manchester City voor het eerst de topscorer van de Premier League af te leveren. De doelpuntendrift van Erling Haaland verleidt Guardiola zelfs om concessies te doen aan zijn tactische uitgangspunten.
De mythe gaat dat Pep Guardiola een hekel heeft aan spitsen. Dat is de schuld van Lionel Messi. Door de aanwezigheid van de Argentijn ontspoorde in het seizoen 2009/10 de samenwerking tussen Guardiola en Zlatan Ibrahimovic. De Zweedse vedette benutte daarna elke gelegenheid om de huidige Manchester City-manager te bekritiseren. Volgens hem probeerde Guardiola alles op het veld te programmeren en was hij daarom niet in staat om te werken met persoonlijkheden.
Dat narratief werd daarna een constante in de verhalen over Guardiola. Bij Bayern München botste hij met Mario Mandzukic, die net als Ibrahimovic knettergek werd van het opereren zonder échte spits in topwedstrijden. Ditzelfde geschuif leverde in Manchester een haat-liefdeverhouding op met Sergio Agüero. 'Deze trainer heeft er geen moeite mee om iemand op de bank te zetten die de vorige wedstrijd drie keer gescoord heeft. Hij kijkt niet naar namen', stelde de Argentijn, die onthulde in zijn eerste maanden conflicten gehad te hebben met Guardiola over zijn intensiteit op trainingen.
Met Erling Haaland gaat dat voorlopig anders. Guardiola vindt de Noorse spits zo goed dat hij zich aanpast aan hem, in plaats van het tegenovergestelde te eisen.
Die omzettingen zorgen ervoor dat Manchester City op drie gebieden nauwelijks lijkt op het elftal dat de voorgaande jaren in Engeland successen vierde.