Ik stel me voor dat dit de laatste column is die ik schrijf. Dat straks om 20.00 uur mijn collega’s netjes in een rij gaan staan en mij applaudisserend naar de uitgang begeleiden. Ik draai me om, zwaai nog een keer en verdwijn daarna uit beeld. Klaar, afgelopen, nooit meer een stukje. Het is iets waar je nooit aan denkt. Het einde stel je elke dag een dag uit. Volgend jaar, over een week, morgen, maar nu niet.