Na bijna vijf maanden had Bas Dost zijn eerste basisplaats. En dat was uitgerekend tegen zijn voormalig werkgever FC Utrecht. De spits van NEC was goed voor een doelpunt en een assist. In gesprek over constante pijn, de afwijzing van FC Utrecht, Emmen-Veendam én de Gelderse derby. ‘Hoeveel ik er ga maken? Meer dan bij Utrecht.’
De Goffert is al bijna leeg, de lichten gaan bijna uit. Dan kom Bas Dost de mixed zone binnengewandeld. Een grijns van oor tot oor. NEC heeft met klinkende cijfers gewonnen van FC Utrecht. En de spits was belangrijk. Een doelpunt én een assist. De voormalige international zegt blij te zijn voor zijn nieuwe werkgever, de fanatieke aanhang. Maar stiekem ook voor zichzelf. Op deze 23ste september mag Bas Dost zich eindelijk weer profvoetballer noemen. ‘Dit was genieten’, begint hij direct.
‘Ik heb er lang naar uitgekeken, mijn laatste basisplaats was namens FC Utrecht tegen Cambuur. Toen schoot het in mijn hamstring. Dat is echt wel lang geleden, ik denk vier, vijf maanden geleden. Dan sta je erin en ook nog tegen je oude club. Dat is wel iets bijzonders.’