Bij ADO Den Haag maakte hij een seizoen vol uitersten mee. Maar als de omgeving dreigt te ontsporen, vertrouwt Aaron Meijers op zijn karaktertrek: zijn rust. ‘Lang dacht ik: Het komt wel goed met United Vansen. Ik maak me niet zo snel druk. Maar dit seizoen heb ik het als irritant ervaren.’
De lucht is grauw en de wind koel. Aaron Meijers (29) heeft zijn vest tot boven dichtgeritst op het strand van Bloemendaal en zijn handen in de zakken gestoken. Net terug uit Curaçao is de overgang groot op die ene frisse dag tussen alle mooie dagen in de rest van de week. Eigenlijk komt hij hier alleen als de lucht blauw is en de zon fel. ‘Mijn ideale dag is op het strand, tot ’s avonds laat’, zegt de linksback van ADO Den Haag. ‘Hier verderop heeft de vader van mijn vriendin in de zomer een campingplek. Na een stranddag gaan we daar barbecuen of blijven we een nachtje kamperen. In de wintermaanden kom ik hier vrijwel nooit. Ik ben niet iemand die in de kou hier komt uitwaaien.’
Meijers groeide dicht bij het water op. Eerst in Delft, maar vooral in het Noord-Hollandse Andijk waar hij vanaf zijn zesde woonde. ‘Zaten we in de zomermaanden vaak bij ons achter de dijk aan het water. Daar was een strandje, in de rust. Of we voetbalden daar. Ik hou van het water, van de sfeer. Daar krijg ik altijd een lekker gevoel van, als het lekker warm weer is dan.’
Nu dreigen de wolken met een bui en staat hij op verzoek van de fotograaf met de gebruinde voeten in het water, dat onrustig opspat en zijn jeans doorweekt. Niet veel later zit hij aan een warme koffie in een strandtent. Zijn jeugd was rustig, onbezorgd, vertelt hij. Uren was hij buiten aan het spelen en dan vooral aan het voetballen. ‘Mijn ouders lieten me heel vrij. Het enige waar ze streng in waren, was dat ik voor een wedstrijd op tijd thuis moest zijn en dat ik mijn vwo afmaakte. Daar heb ik nooit moeite mee gehad. Ik wilde dat zelf ook. Als ik ergens met mijn vrienden was, gingen zij nog op stap en ik naar huis. Maar na een wedstrijd ging ik wél vaak mee. Ik heb nooit het gevoel gehad dat ik door het voetbal iets heb gemist in mijn jeugd.’
Meijers woont inmiddels in Hoofddorp. Zijn ouders en twee oudere zussen ziet hij nu niet meer zo vaak. ‘Mijn ouders komen wel alle wedstrijden kijken, uit en thuis. Ze hebben me altijd gesteund in mijn keuze voor het voetbal. Na mijn vwo mocht ik zelf kiezen of ik nog iets ging studeren of dat ik zou stoppen met school. Ik vond het belangrijk om nog iets te doen. Dat voelde toen gewoon zo. Ik heb gekeken voor een opleiding op de universiteit, maar daar sprak niks me echt aan. Toen heb ik voor de hbo commerciële sporteconomie gekozen, maar eigenlijk had ik geen idee wat ik wilde. Nu nog niet. Als ik geen voetballer was geworden…’ Hij lacht. ‘Ik zou niet weten wat ik was gaan doen.’