Met een winter-WK in het verschiet, moeten we het deze zomer doen zonder groot landentoernooi bij de mannen. Om het eindrondegevoel toch nog eens goed door het lijf te voelen gieren, herbeleven we deze weken een aantal EK' en WK's. Deze maandag legde 46 jaar geleden een voetballer met een snor de bal op de stip, liep meters naar achteren, tot ver buiten het strafschopgebied. En toen begon hij te rennen...
Veel later bleek de aanvallende middenvelder er uitvoerig over nagedacht te hebben, er zelfs op geoefend, maar op die junidag in 1976 dacht iedereen tijdens de EK-finale tussen Tsjechoslowakije en West-Duitsland dat het een spontane inval moest zijn geweest. In plaats van vernietigend uit te halen, schrijft VI's Iwan van Duren in zijn terugblik in 2020, produceerde Panenka slechts een boogballetje, dat in slowmotion in het midden van de West-Duitse goal verdween. Keeper Sepp Maier was namelijk net zo verrast als de rest van Europa en lag gestrekt in zijn linkerhoek toen hij zijn noodlot recht in de ogen keek.
'Ik wist dat onze communistische regering zou denken dat het een politiek gebaar was, als ik zou missen. Dan zou ik misschien eindigen in de uraniummijnen'
Sindsdien is Panenka niet alleen een legende, maar ook een begrip. Zijn verhaal is ook meteen de ontstaansgeschiedenis van een van de meest vernederende kunststukjes die het voetbal vandaag de dag kent. Keepers kunnen nog nachtenlang wakker liggen als ze op een boze dag zijn overvallen door een panenka.