In Balverliefd elke week aandacht voor de gang van zaken achter de voetbalschermen en opvallende gebeurtenissen langs de lijn. Deze week het bewogen verhaal van Ralph van Dooren (37), het voormalige toptalent dat grotendeels door eigen schuld die top niet haalde, maar blij is dat hij het nog – openhartig – kan navertellen. ‘Ik heb er een potje van gemaakt.’
Een dertien-in-een-dozijn-straat aan de westkant van Maastricht, met veertien-in-een-dozijn-rijtjeshuizen. Niet de plek waarvan je verwacht dat er een voormalige potentiële topvoetballer woont. Toch huist hier Ralph van Dooren, die rond de eeuwwisseling gold als een van de grootste Mestreechse beloften sinds Willy Brokamp. Je zit tenslotte niet zomaar in de nationale jeugdselectie die in 2001 op weg is naar het WK Onder-20 in Argentinië, nota bene als speler van een tobbende Eerste Divisie-club. En zeker niet als die groep ook nog eens onder leiding staat van Louis van Gaal. Maar verder dan dat zou de MVV’er nooit komen. Waar generatiegenoten als Rafael van der Vaart, Maarten Stekelenburg, John Heitinga en Arjen Robben wél meegingen naar Zuid-Amerika en later een WK-finale met de grote jongens zouden spelen, en zelfs collega-levensgenieter Theo Janssen hoofdprijzen won, daar verdween Van Dooren al snel in de anonimiteit. Toch kan hij pronken met een unicum. ‘Ik ben de enige Nederlander die op de Faerøer heeft gevoetbald’, zegt de vroegere middenvelder met gevoel voor zelfspot.