Exact tien jaar geleden werd HFC Haarlem failliet verklaard, het einde van een roemruchte club. In het najaar van 2017 gingen we in de serie Nabestaanden op zoek naar de restanten van verdwenen profclubs en stonden we ook stil bij het lot van Haarlem. Bij deze brengen we dit verhaal opnieuw onder de aandacht.
Er was eens een tijd dat het navigeren naar een voetbalwedstrijd geschiedde aan de hand van lichtbakens. Na elke bocht, hoek of afslag verraadden de lichtmasten je locatie ten opzichte van het heilige gras. Aldus vonden generaties supporters de weg het spel, ook wanneer dit gespeeld werd op onbekend terrein. Zo ook in Haarlem, waar lichtmasten decennialang de weg wezen naar het stadion aan de Jan Gijzenkade. In 1907 werd hier voor het eerst gevoetbald, op 18 december 2009 speelde HFC Haarlem er zijn laatste profwedstrijd. Een maand later, de winterstop was net voorbij, ging de club failliet.
Zeven jaar geleden is het nog maar, zo kort. Maar door de toestand van het stadion lijkt het een eeuwigheid geleden. De lange zijde waar op het laatst de fanatieke fans huisden is met de grond gelijk gemaakt, wat fundamenten liggen weg te rotten in een hoekje. Het enige dat resteert van de staantribunes zijn heuveltjes gras achter de doelen. De hoofdtribune staat als enige nog overeind, maar verkeert in slechte staat. En de lichtmasten, de herkenningspunten waarop door de jaren heen duizenden fans navigeerden, zijn onthoofd. Het is een treurigmakende toestand, eigenlijk een inbreuk op de rijke geschiedenis van HFC Haarlem.
De Haarlemsche Football Club Haarlem wordt op 1 oktober 1889 opgericht. In de eerste helft van de twintigste eeuw is Haarlem het succesvolst. De club wint de beker in 1902 en 1912, terwijl in 1946 het landskampioenschap wordt behaald. De hoogste klasseringen in de Eredivisie behaalt Haarlem in de jaren tachtig; in zowel 1982 als 1984 eindigen de Roodbroeken vierde. Die eindklassering in 1982, met dank aan een jonge Ruud Gullit, leidt zelfs tot de eerste en enige deelname aan de UEFA Cup. In de jaren daarna glijdt Haarlem steeds verder af, wat in 1990 leidt tot degradatie. Haarlem keldert direct door naar het rechterrijtje van de Eerste Divisie; in twintig seizoenen op het tweede niveau eindigt Haarlem slechts één keer in het linkerrijtje (8ste in 2006). Die prestatie leidt tot de enige (!) deelname aan de play-offs in de twee decennia in de Eerste Divisie. In de daaropvolgende seizoenen maakt Haarlem zich sterk voor de komst van een nieuw stadion, maar de plannen hiervoor gaan begin 2009 de prullenbak in. Een klein jaar later, op 25 januari 2010, gaat de club failliet.