Op het tandvlees. Met een leegloper naar het finishdoek. Hoewel Ajax maar punten bleef verzamelen, zag de ploeg er de laatste weken richting de climax niet altijd even goed uit. Met blessures en spelers uit vorm. Maar uiteindelijk, het afgebroken corona-seizoen niet meegerekend, wonnen de Amsterdammers hun derde landstitel op rij. En kreeg de vertrekkende Erik ten Hag zijn eresaluut.
Zondag 17 April
‘We moeten grote jongens zijn’
De teleurstelling druipt van het gezicht van Erik ten Hag. Terwijl het feestgedruis van PSV op de achtergrond nog hoorbaar is, geeft de trainer van Ajax een uiteenzetting over de KNVB-bekerfinale. Ajax stond met de rust nog voor, controleerde de wedstrijd, maar in een paar minuten gaf het alles weg. Tot grote ergernis van de trainer, die na de Johan Cruijff Schaal aan het begin van het seizoen opnieuw een prijs aan PSV moet laten. Vragen worden op Ten Hag afgevuurd. Wat ging er mis? Waar is de goede vorm van Ajax gebleven? En vooral: hoe hard gaat deze dreun aankomen in de titelrace tussen Ajax en PSV?