Zo'n beetje alles wat Pierre-Emerick Aubameyang in het afgelopen seizoen aanraakte veranderde in goud, maar toch was Arsenal aan het einde van de rit niet meer dan een middenmoter in de Premier League. De problemen in Londen zijn al een tijdje bekend en inmiddels aangepakt. Zaterdag moet bij de start van een nieuw voetbaljaar blijken of het voldoende is en of het Arsenal van Mikel Arteta ook daadwerkelijk aan betere tijden mag gaan denken.
Het was een bericht dat begin augustus voor de nodige beroering zorgde in Engeland. Arsenal was al druk bezig met een nieuw supercontract voor Pierre-Emerick Aubameyang en het zoeken van versterkingen, toen het bekendmaakte dat het vanwege de impact van de coronacrisis had besloten om 55 werknemers binnen de club te ontslaan. Raul Sanllehi (destijds nog hoofd voetbalzaken bij Arsenal maar inmiddels vertrokken) en algemeen directeur Vinai Venkatesham gaven direct toe dat een van de belangrijkste redenen om te snijden in de organisatie was dat de club wil blijven investeren in zijn eerste elftal. Arsenal eindigde het seizoen 2019/20 zeer teleurstellend als achtste en dat mag niet nog eens gebeuren. Na het winnen van de FA Cup, en onlangs nog de Community Shield, wil Arsenal met Arteta aan het roer weer stappen vooruit gaan zetten.