Toen de dijken braken en Zweden Oranje bijna had liggen, stond de kleine nummer 10 van Nederland op. Bondscoach Mark Parsons stuurde Daniëlle van de Donk naar de grootste brandhaarden op het veld en zag hoe de wedstrijd kantelde. ‘Ik hou wel van een goed gevecht.’
Vivianne Miedema is de beste en Lieke Martens de bekendste, maar de spandoeken bij de trainingen en liedjes op de tribune zijn toch echt het vaakst voor publiekslieveling Daniëlle van de Donk. Klinkt ook wel lekker natuurlijk; Daantje van de Donk. Hoe vaak hebben we haar nu al niet gesproken de afgelopen tien jaar? Misschien wel vijftig keer. Nog steeds is er meteen de ontwapenende lach. Alsof het haar eerste interview is.
Ze wordt begin augustus toch echt alweer 31, is vrouw en al lang geen meisje meer. Van de Donk speelde meer dan honderd interlands en is intussen de nummer 10 van Champions League-winnaar Olympique Lyon, nog steeds de grootste en beste club in het vrouwenvoetbal. Daantje is al lang een grote mevrouw. Het afgelopen jaar was een van de zwaarste uit haar leven. Een jaar waarin ze niet kon en mocht voetballen. De manier om zelfs bij haar de lach van haar gezicht te halen.