'De BeNeLiga gaat er in deze vorm nooit komen'
© Stanley Gontha
PRO

'De BeNeLiga gaat er in deze vorm nooit komen'

Terwijl de grootste clubs in Nederland en België goede hoop hebben op een nieuw te vormen BeNeLiga, zijn er ook voldoende bestuurders die beren op de weg zien. Want wat gebeurt er met de clubs die niet worden toegelaten én blijven er wel voldoende Europese tickets over? Het is beter te kijken naar de Ieren, vindt Pieter Nieuwenhuis van het adviesbureau Hypercube.

Een van de onderwerpen op de algemene vergadering betaald voetbal van 18 juni was de BeNeLiga. De clubs zouden worden bijgepraat over het haalbaarheidsonderzoek dat in opdracht van Ajax, Feyenoord, PSV, AZ, FC Utrecht, Vitesse en vijf Belgische clubs wordt uitgevoerd door Deloitte. De bestuurders van de kleine clubs waren niet onder de indruk over de uiteenzetting. Het was nogal summier. Er werd benadrukt dat er grote sportieve en financiële mogelijkheden lagen en dat er eind augustus een eindrapport moest komen. Op vragen hoe groot de financiële voordelen voor de Nederlandse en Belgische bvo’s zouden zijn, kwam geen antwoord. Ook was nog altijd onduidelijk hoe het uiteindelijke besluitvormingsproces er precies uit zou komen te zien. ‘Eigenlijk weten we niet meer dan jullie’, vertelt een bestuurder aan VI. ‘We zullen kennelijk nog even geduld moeten hebben.’

'De clubs die buiten de boot vallen, krijg je in mijn optiek nooit mee'

Er is nog weinig bekend, omdat het haalbaarheidsonderzoek nog niet is afgerond. Het enige dat al naar buiten is gesijpeld, is een soort promotiebrochure die in alle 36 bestuurskamers ligt. Hieruit kan worden opgemaakt dat er wordt gekeken naar een competitie met achttien clubs, waarvan tien uit Nederland en acht uit België. De play-offs voor Europees voetbal zouden verdwijnen en in totaal zouden er zeven Europese tickets te verdelen zijn. Nu zijn dat er voor Nederland en België samen nog tien. Een gezamenlijke competitie zou ons voetbal daarentegen een enorme sportieve én financiële boost geven. De vaderlandse top zou meer wedstrijden onder weerstand spelen en de televisiegelden zouden extreem stijgen. Waar de Eredivisie en Jupiler Pro League nu tezamen jaarlijks 180 miljoen euro aan tv-geld ophalen, kan dat volgens de eerste berekeningen oplopen tot wel 375 miljoen.

Het zijn mooie vergezichten, al is niet iedereen even enthousiast. ‘De BeNeLiga in deze vorm gaat er nooit komen’, denkt Pieter Nieuwenhuis, directeur van adviesbureau Hypercube. ‘Allereerst is dit model volledig uitgedacht voor de grote clubs, zij die uiteindelijk in deze elitecompetitie terechtkomen. Maar wat doe je met clubs uit het rechterrijtje die de boot missen? Een belangrijk deel van hun omzet wordt bepaald door wedstrijden tegen Ajax, dat met David Neres in 2018 in de voorronde Champions League tegen Standard Luik uitkwam (zie hoofdbeeld), Feyenoord en in mindere mate PSV. Daar komen sponsors op af, dat levert geld op. In deze vorm valt dat weg. Je kan ze niet structureel compenseren. De clubs die buiten de boot vallen, krijg je in mijn optiek dus nooit mee.’

Clubs als PSV en Feyenoord hebben straks een serieus probleem, FC Utrecht of Vitesse haalt zelden tot nooit nog Europees voetbal'

‘Overigens vind ik die 375 miljoen euro erg enthousiast begroot. Dat kan alleen als we in Nederland massaal gaan kijken naar Anderlecht tegen Club Brugge. Als laatste heb je een serieus probleem met je Europese tickets. Er is mij verteld dat ze bij de nieuwe opzet uitgaan van maximaal zeven Europese tickets. Ik vraag me al sterk af of de UEFA daarmee akkoord gaat. Maar stel, het is zeven. Grote clubs als Ajax en Club Brugge pakken er altijd eentje en dan gaan er nog twee naar de bekerwinnaars. Dan hou je drie tickets over voor de andere clubs, anderhalf per land. Clubs als PSV en Feyenoord hebben dan een serieus probleem, FC Utrecht of Vitesse haalt zelden tot nooit nog Europees voetbal. Beter is dat je op zoek gaat naar een UEFA-proof model. De UEFA is namelijk niet tegen zogeheten cross-border-competities. Ze hebben alleen wel bepaalde eisen.’

Ierland

Nieuwenhuis kan het weten. Hypercube is momenteel betrokken bij het opstarten van twee van deze ccompetities, die over de landsgrenzen gaan. Beiden moeten ze in het seizoen 2021/22 al beginnen. Waar één van die twee grensoverschrijdende competities nog op de tekentafel ligt en derhalve nog strikt geheim is, lijken Ierland en Noord-Ierland in 2021 een gemeenschappelijke voetbalcompetitie te krijgen. Het plan kwam uit de koker van Kieran Lucid, een voormalig uitgever en zakenman. Hij verbaasde zich over het feit dat er in het voetbalgekke Ierland zo slecht werd betaald. Gevolg is dat iedere speler met een klein beetje talent nog vóór zijn officiële debuut is uitgevlogen naar een van de lagere Engelse divisies. In de Ierse en Noord-Ierse competities valt immers geen droge boterham te verdienen. ‘Dundalk, de grootste club van Ierland, ontvangt jaarlijks 42 duizend euro aan tv-gelden’, rekent Nieuwenhuis voor.

Lucid wilde beide competities samenvoegen en probeerde het Deense systeem met een kampioenspoule in te voeren. Dat plan kon op weinig steun rekenen. Later kwam Hypercube aan tafel en tezamen werd gesproken met alle belangenbehartigers: bestuurders, spelers, supporters, mediapartijen en andere betrokkenen. Er rolden diverse opzetten uit, waarbij de vierde het uiteindelijk won. ‘Wij hebben tientallen competitieformats ontwikkeld over heel de wereld. Het belangrijkste is dat je iedereen meeneemt in het verhaal, je moet de mensen niet iets opdringen. Dat is wat er nu dreigt te gebeuren in Nederland.’

In Ierland en Noord-Ierland wordt gekozen voor een zogenoemd split-season model met een knock-outfase. Beide landen beginnen in een eigen competitie met twaalf teams. Iedereen speelt uit en thuis tegen elkaar, dus in totaal 22 wedstrijden. ‘In Nederland zou je kunnen kiezen voor veertien, zestien of zelfs achttien’, vult Nieuwenhuis aan. ‘Dat betekent dat Sparta in een seizoen toch twee keer tegen Feyenoord speelt.’ De beste acht teams uit Ierland en de beste zes uit Noord-Ierland beginnen vervolgens aan een kampioenspoule, waarin ze elkaar één keer treffen. De overige ploegen spelen tegen degradatie.

Wat opvalt is dat praktisch elke club tot op de laatste speeldag nog ergens voor speelt

Het seizoen eindigt met play-offs om het kampioenschap van het eiland. Wat opvalt, is dat praktisch elke club tot op de laatste speeldag nog ergens voor speelt. In deze opzet mogen kleine clubs twee keer tegen het grote Linfield aantreden, maar leveren de voetbalbonden geen Europese tickets in zoals bij de BeNeLiga. Nieuwenhuis: ‘De punten die je pakt in de kampioenspoule, worden opgeteld bij de landelijke divisie. Laat ik het simplificeren met een Nederlands voorbeeld. Stel, Ajax plaatst zich na 22 wedstrijden voor de kampioenspoule en heeft 45 punten. Als het in die kampioenspoule wint van pakweg Club Brugge, krijgt het er drie punten bij in de Eredivisie. Aan het einde van het seizoen bepaalt de Eredivisie-ranglijst wie er Europa in mag. De Ierse en de Noord-Ierse voetbalbond schrijven dus afzonderlijk teams in voor Europa.’ De verwachting is dat de UEFA hiermee wél akkoord gaat.

TV-geld

Als we de computerberekeningen moeten geloven, heeft de nieuwe opzet een flinke impact op de Euro Club Index (ECI). De kans in Europees verband verder te komen neemt toe. De grootste winst is echter financieel. Een club als Dundalk ziet de tv-gelden omhoogschieten. Hypercube rekent voor dat de grootste clubs in beide landen de totale jaarlijkse opbrengsten zien stijgen van gemiddeld 1,89 miljoen euro naar 7,7 miljoen in tien jaar tijd. In die rekensom zijn ook de Europese gelden en nieuwe tv-gelden meegerekend. In eerste instantie was er veel verzet vanuit beide voetbalbonden, maar inmiddels lijken de meeste plooien gladgestreken. ‘Dit plan is te mooi om te laten liggen. De clubs zijn enthousiast, de bonden denken mee’, klinkt het hoopvol. ‘Het zou me verbazen als het er niet zou komen.’

'Dit plan is te mooi om te laten liggen'

Nieuwenhuis hoopt ook op succes in eigen land. ‘In mijn ogen heeft de BeNeLiga zeker een kans van slagen. Je moet alleen wel zorgen dat je alle stakeholders meeneemt in je verhaal. Ik vermoed dat er zowel in België als Nederland veel verzet gaat komen als de kleinere clubs niet meer tegen de traditionele top kunnen spelen. Ook kan ik me niet voorstellen dat subtoppers akkoord gaan met deze verdeling van de Europese tickets. Ik ben heel benieuwd naar het model dat er uiteindelijk uit gaat rollen.’