AZ is het avontuur in de Conference League begonnen met een teleurstellend gelijkspel bij Randers (2-2). De Alkmaarders waren voetballend heer en meester, maar vervielen opzichtig in oude fouten. Alles over falende spitsen en dodelijke spelhervattingen.
Er staan 33 minuten op de klok in Denemarken als Vangelis Pavlidis van de grond komt. De Griek schampt de voorzet van Jesper Karlsson met het hoofd. De Deense doelman worstelt opzichtig met de matige inzet, waarna de AZ-spits de 2-1 binnen schiet. De manier waarop de Grieks international vervolgens het doelpunt viert spreekt boekdelen: voor even is hij de meest gelukkige man in het knusse BioNutra Park. Er lijkt een last van zijn schouders te vallen.
Voorafgaand aan het duel met Randers ging het in Alkmaar over doelpunten. Of beter gezegd, het gebrek daar aan. Na het zomerse vertrek van Myron Boadu, Calvin Stengs en Teun Koopmeiners vindt AZ maar lastig het vijandelijk net. Zo ook afgelopen zaterdag, bij de 3-0 nederlaag tegen PSV. Een geflatteerde verliespartij, waarbij het volgens trainer Pascal Jansen aan stootkracht ontbrak. ‘Dat laatste beetje moet er wel bij. Letterlijk. De laatste 25 tot 35 meter voor het doel. Dat we de kansen die we creëren ook gaan binnen drukken. Dat we onszelf niet tekort doen en dat er misschien ook wat minder druk op het elftal komt om de angst voor het incasseren van een doelpunt.’
Ook Jansen zal de statistieken kennen. AZ is in Eredivisie-verband een absolute underachiever. Op basis van het aantal expected goals had het al bijna zes (5.83) keer moeten scoren, maar de teller staat dit seizoen pas op drie. In de drie gespeelde Eredivisiewedstrijden deed het elftal van Pascal Jansen zichzelf constant tekort.
